Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/189
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op Amerikaanse Staffordshire terriër onder klager t.z.v. verdenking van dierenmishandeling. 1. Kon Rb oordelen dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de hond verbeurd zal verklaren? 2. Had Rb zich ook moeten uitlaten over voornemen van OvJ tot vervreemding van hond a.b.i. art. 117 Sv? 3. Heeft Rb voldoende gerespondeerd op verweer dat objectief en subjectief niets blijkt van mishandeling van hond dan wel onthouden van zorg door klager? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 24-01-2023, ECLI:NL:HR:2023:90
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 januari 2023
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
22/01818 B
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:90, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑2023
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op Amerikaanse Staffordshire terriër onder klager t.z.v. verdenking van dierenmishandeling. 1. Kon Rb oordelen dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de hond verbeurd zal verklaren? 2. Had Rb zich ook moeten uitlaten over voornemen van OvJ tot vervreemding van hond a.b.i. art. 117 Sv? 3. Heeft Rb voldoende gerespondeerd op verweer dat objectief en subjectief niets blijkt van mishandeling van hond dan wel onthouden van zorg door klager? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.