Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/496
Procesrecht. Incident tot voeging in cassatie (art. 217 Rv); voeging toegestaan indien partij die voeging vordert verweerster in cassatie is?
HR 03-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:601
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 april 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
19/03778
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS198405:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:43, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑01‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:915, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2020
ECLI:NL:HR:2020:601, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1242, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑10‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑08‑2019
- Wetingang
Art. 217 Rv
Essentie
Procesrecht. Incident tot voeging in cassatie (art. 217 Rv); voeging toegestaan indien partij die voeging vordert verweerster in cassatie is?
Samenvatting
Eenieder die belang heeft bij een tussen andere partijen aanhangig geding, kan vorderen zich daarin te mogen voegen (art. 217 Rv). Een procespartij heeft geen belang bij voeging, nu zij reeds in haar hoedanigheid van procespartij de gelegenheid heeft haar standpunt in de hoofdzaak kenbaar te maken. Eiseres in het incident in cassatie is verweerster in het voegingsincident in hoger beroep en terecht als verweerster in het cassatieberoep tegen de beslissing in het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.