Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/127
Hoge Raad vermindert om doelmatigheidsredenen zelf de hoogte van de opgelegde betalingsverplichting wegens de niet zonder meer begrijpelijke verwerping van het beroep op overschrijding van de redelijke termijn in de appelfase.
HR 15-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3578
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 december 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
14/01329
- Conclusie
A-G. mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3578, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2400, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2015
Essentie
Hoge Raad vermindert om doelmatigheidsredenen zelf de hoogte van de opgelegde betalingsverplichting wegens de niet zonder meer begrijpelijke verwerping van het beroep op overschrijding van de redelijke termijn in de appelfase.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 28 februari 2014, nummer 23/004098-11, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: [betrokkene]. Adv.: mr. H.K. ter Brake, te Hoorn.
Conclusie
Conclusie A-G. mr. E.J. Hofstee:
1.
Het Gerechtshof Amsterdam heeft bij arrest van 28 februari 2014 het door de betrokkene wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.