Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/105
Cassatierekest ingediend per e-mail; ontvankelijkheid cassatieberoep?; art. 33 Rv; art. 10.1 Reglement rekestzaken Hoge Raad.
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3614 (Tünc)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/04345
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Roepnaam
Tünc
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3614, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2292, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑10‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑09‑2015
- Wetingang
Art. 33 Rv; art. 10.1 Reglement rekestzaken Hoge Raad
Essentie
Cassatierekest ingediend per e-mail; ontvankelijkheid cassatieberoep?; art. 33 Rv; art. 10.1 Reglement rekestzaken Hoge Raad.
Ingevolge art. 33 Rv kunnen processtukken elektronisch worden ingediend indien van deze mogelijkheid voor het desbetreffende gerecht blijkt uit een voor dat gerecht vastgesteld procesreglement. Het Reglement rekestzaken van de civiele kamer van de Hoge Raad der Nederlanden voorziet niet in de mogelijkheid van toezending per e-mail: art. 10.1 bepaalt dat processtukken per post of door middel van faxapparatuur kunnen worden ingediend. Dat niet wordt voorzien in de mogelijkheid processtukken per e-mail in te dienen is bovendien ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.