Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/546
Niet-ontvankelijkheid hoger beroep, vertaling mededeling uitspraak, art. 408 Sv en art. 366 Sv. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 21 april 2020, NJ 2020/328, m.nt. J.W. Ouwerkerk, HR 4 mei 2004, NJ 2004/462 en HR 21 april 2020, NJ 2020/326, m.nt. J.W. Ouwerkerk. Hof stelt vast dat verdachte Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst en dat aan hem i.p. een mededeling uitspraak is uitgereikt. Die mededeling is i.s.m. art. 366 lid 4 Sv niet vertaald. Oordeel hof dat overschrijding van beroepstermijn niet verontschuldigbaar is, is niet z.m. begrijpelijk. De in aanmerking genomen omstandigheid dat uitspraak door politie aan verdachte is uitgereikt met mededeling dat hij naar advocaat moest gaan, maakt dat niet anders. Volgt vernietiging en terugwijzing.
HR 24-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:761
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 mei 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
20/03121
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:761, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑05‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:292, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑03‑2022
Essentie
Niet-ontvankelijkheid hoger beroep, vertaling mededeling uitspraak, art. 408 Sv en art. 366 Sv. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 21 april 2020, NJ 2020/328, m.nt. J.W. Ouwerkerk, HR 4 mei 2004, NJ 2004/462 en HR 21 april 2020, NJ 2020/326, m.nt. J.W. Ouwerkerk. Hof stelt vast dat verdachte Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst en dat aan hem i.p. een mededeling uitspraak is uitgereikt. Die mededeling is i.s.m. art. 366 lid 4 Sv niet vertaald. Oordeel hof dat overschrijding van beroepstermijn niet verontschuldigbaar is, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.