NJ 2020/328
Vertaling mededeling uitspraak en appeltermijn.
HR 21-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:770, m.nt. J.W. Ouwerkerk
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
19/00594
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Noot
J.W. Ouwerkerk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS231490:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:770, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:218, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑03‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
Vertaling mededeling uitspraak en appeltermijn.
Samenvatting
Overschrijding van de termijn voor het instellen van een rechtsmiddel kan verontschuldigbaar zijn indien de verdachte in strijd met art. 366 lid 4 Sv geen schriftelijke vertaling van de mededeling van de uitspraak in een voor hem begrijpelijke taal heeft ontvangen. Daarom is ’s hofs oordeel dat de overschrijding van de beroepstermijn i.c. niet verontschuldigbaar is, niet zonder meer begrijpelijk. Daaraan doen niet af de vaststellingen van het hof dat de mededeling van de uitspraak hetzelfde parketnummer vermeldde als de inleidende dagvaarding, de verdachte geen andere Nederlandse strafzaken had lopen en de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.