RvdW 2022/539:Diefstal (art. 310 Sr). Overschrijding redelijke termijn, nu verstekmededeling uitspraak hof niet met de nodige voortvarendheid is betekend. HR: Om redenen vermeld in CAG is middel terecht voorgesteld. CAG: Appeldagvaarding is niet aan verdachte in persoon betekend en verdachte is niet ttz. in hoger beroep verschenen. Evenmin doet zich omstandigheid voor waaruit voortvloeit dat dag van tz. in h.b. verdachte tevoren bekend was. Uit de stukken blijkt niet dat o.g.v. art. 366 lid 1 Sv verstekmededeling is betekend, zodat ervan moet worden uitgegaan dat dit niet is geschied. Aldus is verstekmededeling niet met de nodige voortvarendheid betekend, zodat sprake is van overschrijding van redelijke termijn. HR volstaat met oordeel dat redelijke termijn is overschreden.