Einde inhoudsopgave
Tussen waarheid en onzekerheid (BPP nr. XI) 2011/4.7.1
4.7.1 Vertrouwelijke gegevens van partijen
mr. R. H. de Bock, datum 31-05-2011
- Datum
31-05-2011
- Auteur
mr. R. H. de Bock
- JCDI
JCDI:ADS594091:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Voetnoten
Voetnoten
Vergelijk ook nog art. 162 Rv, dat het oude artike. 8 WvK bevat, betreffende de openlegging van boeken, bescheiden en geschriften, alsmede art. 843b Rv, dat zich toespitst op het verkrijgen van afschrift, uittreksel of inzage in bewijsmiddelen die een partij heeft verloren. Ook in verschillende andere wettelijke bepalingen van materieel recht zijn informatieplichten neergelegd, zie hierover P.J. van der Korst (2007).
Het begrip 'bescheiden' dient ruim te worden uitgelegd; daaronder vallen ook films, foto's, geluidsbanden en computerbestanden. Zie Parlementaire geschiedenis herziening burgerlijk procesrecht (2002) p. 553. Vergelijk J.R. Sijmonsma (2010) p. 165 e.v.
'Openbaarmaking' heeft hierbij geen algemene betekenis; het gaat slechts om het inbrengen van gegevens in de procedure.
Met uitzondering van art. 1019b Rv, dat in IE-zaken de mogelijkheid geeft tot het treffen van bewijsbeschermende maatregelen.
Door het ontbreken van een specifieke regeling voor bewijsbeslag bestaat over een aantal vragen nog discussie, bijvoorbeeld of sprake moet zijn van vrees voor verduistering en of het beslag gericht is op een recht tot inzage en/of een recht op afgifte, of dat slechts een recht tot bewaring van het recht op inzage en/of afgifte kan wonden verkregen. Om duidelijkheid te verkrijgen, zou de wetgever een regeling voor het bewijsbeslag moeten treffen, waarvoor is gepleit door onder meer J. Ekelmans (2010) p. 298 e.v.; J.R. Sijmonsma (2010) p. 218; T.J.J. Bodewes (2009) en J.G.A. Linssen (2009). De Adviescommissie voor het Burgerlijk Procesrecht (2008) p. 14, heeft een wettelijke regeling ontraden, met name omdat bij het verkrijgen van verlof voor beslaglegging, de wederpartij niet wordt gehoord, hetgeen misbruik in de hand zou kunnen werken. Zie over de mogelijkheid van bewijsbeslag ook reeds W.A. Hoyng (1991) p. 108-111; J.M. Barendrecht en W.A.J.P. van den Reek (1994) en voorts over de Europeesrechtelijke aspecten H.B. Krans (2010) p. 135 e.v.
Het uitgangspunt is dat procespartijen verplicht zijn alle voor de beslissing relevante informatie in de procedure naar voren te brengen; dit is de informatieverplichting van partijen. Hierbij gaat het zowel om de plicht alle relevante feiten in de processtukken te stellen, als om het in het geding brengen van alle onderliggende gegevens, dus de schriftelijke bewijsmiddelen. De grondslag voor deze verplichting is de waarheidsplicht van art. 21 Rv — in het bijzonder de daarin besloten liggende volledigheidsplicht —, waarover al is gesproken in paragraaf 2.4.1.
De informatieverplichting is uitgewerkt in verschillende wettelijke bepalingen. Art. 85 Rv bevat de verplichting van een partij om bij haar dagvaarding, conclusie of akte een afschrift te voegen van de stukken (producties) waarop zij zich beroept.
Art. 111 lid 3 Rv schrijft voor dat de dagvaarding vermeldt over welke bewijsmiddelen een partij beschikt en art. 128 lid 5 Rv bevat een vergelijkbare bepaling voor de conclusie van antwoord. Art. 22 Rv geeft de rechter de bevoegdheid om partijen te bevelen bepaalde, op de zaak betrekking hebbende, bescheiden over te leggen. Verder is belangrijk de exhibitieplicht van art. 843a Rv,1 tegenwoordig ook aangeduid als het inzagerecht. De exhibitieplicht houdt in dat een partij of derden verplicht kunnen zijn om op vordering van haar wederpartij inzage te geven in bepaalde bescheiden,2 dan wel afschrift van of uittreksel uit die bescheiden te geven (hierna kortweg aan te duiden als de openbaarmaking van gegevens).3
De informatieverplichting van partijen wordt gecomplementeerd door de mogelijkheid om bewijsbeslag te leggen. Hoewel een wettelijke regeling hiervoor ontbreekt,4 is sinds een aantal jaren in de rechtspraktijk de mogelijkheid gecreëerd tot het leggen van conservatoir beslag op bescheiden — bij de wederpartij of bij derden — ter bewaring van het recht tot inzage van bepaalde bescheiden. De grondslag hiervoor wordt gevonden in art. 730 Rv jo. 843a Rv.5 Bewijsbeslag is een belangrijk middel voor een partij om de informatieverplichting van de wederpartij daadwerkelijk te effectueren; de wederpartij kan immers worden gedwongen om bescheiden ter inzage af te staan.