Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een systeem voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Unie en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG
Artikel 21 Rapportage door de lidstaten
Geldend
Geldend vanaf 08-04-2018
- Bronpublicatie:
14-03-2018, PbEU 2018, L 76 (uitgifte: 19-03-2018, regelingnummer: 2018/410)
- Inwerkingtreding
08-04-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-03-2018, PbEU 2018, L 76 (uitgifte: 19-03-2018, regelingnummer: 2018/410)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De lidstaten brengen bij de Commissie elk jaar verslag uit over de toepassing van deze richtlijn. In dit verslag wordt bijzondere aandacht besteed aan de regelingen voor de toewijzing van emissierechten, aan het functioneren van de registers, aan de toepassing van de uitvoeringsmaatregelen inzake bewaking en rapportage, verificatie en accreditatie, en aan aangelegenheden die verband houden met de naleving van deze richtlijn, alsmede aan de fiscale behandeling van emissierechten, indien van toepassing. Het eerste verslag wordt uiterlijk 30 juni 2005 aan de Commissie toegezonden. Het verslag wordt opgesteld aan de hand van een vragenlijst die of een schema dat door de Commissie in de vorm van uitvoeringshandelingen wordt vastgesteld. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 22 bis, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. De vragenlijst of het kader wordt ten minste zes maanden voor de uiterste termijn voor het inzenden van het eerste verslag aan de lidstaten toegezonden.
2.
De Commissie publiceert op basis van de in lid 1 bedoelde verslagen binnen drie maanden na ontvangst van de verslagen van de lidstaten een verslag over de toepassing van deze richtlijn.
3.
De Commissie organiseert een uitwisseling van informatie tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten op het gebied van ontwikkelingen in verband met vraagstukken betreffende toewijzing, het gebruik van ERU's en CER's in het EU-ETS, het functioneren van registers, bewaking, rapportage, verificatie, accreditatie, informatietechnologie en naleving van deze richtlijn.
4.
Om de drie jaar wordt in het in lid 1 bedoelde verslag ook bijzondere aandacht besteed aan de gelijkwaardige maatregelen die zijn vastgesteld voor kleine installaties die van het EU-ETS zijn uitgesloten. De kwestie van gelijkwaardige maatregelen die zijn vastgesteld voor kleine installaties wordt ook in overweging genomen in de in lid 3 bedoelde uitwisseling van informatie.