3.4.3 Hetgeen geïntimeerde aanvoert in hoger beroep

Grieven zijn gronden die de appellant aanvoert ten betoge dat de bestreden uitspraak behoort te worden vernietigd. Er bestaat geen gangbaar woord voor gronden die de geïntimeerde aanvoert ten betoge dat de bestreden uitspraak behoort te worden bevestigd. Men zou die bevestigingsgronden kunnen noemen. Veelal beperkt de geïntimeerde zich tot bestrijding van de grieven, met onderschrijving van de door de eerste rechter gebruikte gronden, maar soms voert hij een nieuwe bevestigingsgrond aan. Een nieuwe grond ten betoge dat een toewijzend vonnis behoort te worden bevestigd is in wezen een aanvulling van de grondslag van de eis. Een nieuwe grond ten betoge dat een afwijzend vonnis behoort te worden bevestigd, is in wezen een nieuw verweer.

Naast bevestigingsgronden kan geïntimeerde ook excepties aanvoeren tegen het hoger beroep (niet nieuwe excepties tegen de eis). In de regel zal de exceptie strekken tot niet-ontvankelijkverklaring van de appellant in het hoger beroep. Geïntimeerde kan bijvoorbeeld een beroep doen op gebreken in de akte van appel, een wettelijk appelverbod, berusting of termijnoverschrijding door de appellant. Een exceptie kan ook strekken tot onbevoegdverklaring, bijvoorbeeld met het betoog dat het Hof niet bevoegd is kennis te nemen van hoger beroep tegen een tuchtrechtelijke beslissing van de Raad van Toezicht (art. 20 Adv.lv.).