Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/124
Beklag ex art. 12 over de niet-vervolging van de voormalig (demissionair) Minister van Buitenlandse zaken en voor Buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking voor beweerdelijk gepleegde ambtsmisdrijven. O.g.v. art. 119 Gw, art. 76 lid 1 RO en art. 4.1 Wet ministeriƫle verantwoordelijkheid ambtsdelicten leden Staten-Generaal, ministers en staatssecretarissen staan (voormalige) ministers, staatssecretarissen en leden van Staten-Generaal wegens ambtsmisdrijven terecht voor HR. Opdracht tot vervolging t.z.v. die misdrijven kan slechts worden gegeven bij KB of bij besluit van Tweede Kamer (vgl. HR 19 oktober 2021, RvdW 2021/1065). Nu hieruit volgt dat HR niet bevoegd is om opdracht te geven tot vervolging t.z.v. een door minister gepleegd ambtsmisdrijf als door klager bedoeld, is het beklag kennelijk niet-ontvankelijk.
HR 21-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1934
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 december 2021
- Magistraten
Mrs.Ā V.Ā vanĀ denĀ Brink, A.E.M.Ā Rƶttgering, T.Ā Kooijmans
- Zaaknummer
21/03944
- Conclusie
A-GĀ mr.Ā F.W.Ā Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Staatsrecht / Bestuur
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1934, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21ā12ā2021
ECLI:NL:PHR:2021:1066, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16ā11ā2021
Essentie
Beklag ex art. 12 over de niet-vervolging van de voormalig (demissionair) Minister van Buitenlandse zaken en voor Buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking voor beweerdelijk gepleegde ambtsmisdrijven. O.g.v. art. 119 Gw, art. 76 lid 1 RO en art. 4.1 Wet ministeriƫle verantwoordelijkheid ambtsdelicten leden Staten-Generaal, ministers en staatssecretarissen staan (voormalige) ministers, staatssecretarissen en leden van Staten-Generaal wegens ambtsmisdrijven terecht voor HR. Opdracht tot vervolging t.z.v. die misdrijven kan slechts worden gegeven bij KB of bij besluit van Tweede Kamer (vgl. HR 19 oktober 2021, RvdW 2021/1065). Nu hieruit volgt dat HR niet bevoegd is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.