Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/117
Eenvoudige belediging (art. 266 lid 1 Sr). Toewijzing vordering tul bij veroordeling voor feit dat is begaan vóór oplegging van de voorwaardelijke straf. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 3 november 2009, NJ 2009/554. Mede gelet op de bewoordingen van art. 14c lid 1 Sr en de ratio van de algemene voorwaarde, moet worden aangenomen dat de tenuitvoerlegging van een voorwaardelijk opgelegde straf vanwege niet naleving van de algemene voorwaarde niet kan worden gelast t.z.v. een strafbaar feit waaraan verdachte zich heeft schuldig gemaakt vóór de uitspraak waarbij de voorwaardelijke straf is opgelegd. Volgt vernietiging beslissing toewijzing tul.
HR 21-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1936
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 december 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, C. Caminada
- Zaaknummer
20/02982
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1936, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:932, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑11‑2021
Essentie
Eenvoudige belediging (art. 266 lid 1 Sr). Toewijzing vordering tul bij veroordeling voor feit dat is begaan vóór oplegging van de voorwaardelijke straf. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 3 november 2009, NJ 2009/554. Mede gelet op de bewoordingen van art. 14c lid 1 Sr en de ratio van de algemene voorwaarde, moet worden aangenomen dat de tenuitvoerlegging van een voorwaardelijk opgelegde straf vanwege niet naleving van de algemene voorwaarde niet kan worden gelast t.z.v. een strafbaar feit waaraan verdachte zich heeft schuldig gemaakt vóór de uitspraak waarbij de voorwaardelijke straf is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.