Een nieuwe visie op de afstamming
Einde inhoudsopgave
Een nieuwe visie op de afstamming (R&P nr. PFR5) 2014/4.3:4.3 Het gedoogde draagmoederschap
Een nieuwe visie op de afstamming (R&P nr. PFR5) 2014/4.3
4.3 Het gedoogde draagmoederschap
Documentgegevens:
mr. P.A.W. Kuijper, datum 24-01-2014
- Datum
24-01-2014
- Auteur
mr. P.A.W. Kuijper
- JCDI
JCDI:ADS399201:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Planningsbesluit in-vitrofertilisatie, Besluit van 1 april 1998, Stcrt. 1998, 95, in werking getreden op 27 mei 1998.
Victorian Law Reform Commission – Assisted Reproductive Technology & Adoption, Final Report, 4 januari 2007, Recommendation 115.
Victorian Law Reform Commission – Assisted Reproductive Technology & Adoption, Final Report, 4 januari 2007, Recommendation 103.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Hoewel de laatste tijd de problemen rond het draagmoederschap in de media weer veel aandacht krijgen, zijn deze problemen allang bekend, zonder dat er substantieel iets aan wordt gedaan. In maart 1998 werd een document1 vrijgegeven, waarin stond dat ideëel draagmoederschap werd toegestaan onder zeer strikte voorwaarden en het liefst in onderzoeksverband (advies van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, waar op dat moment Borst-Eilers, zelf arts, de bewindsvrouw was). Dit besluit werd mede genomen op grond van het deeladvies van de Gezondheidsraad inzake ICSI, intracytoplasmatische spermatozoön injectie van 19 juni 1996 (abusievelijk in de considerans van het Planningsbesluit in-vitrofertilisatie intracytoplasmatische sperma-injectie genoemd) en het advies van 10 februari 1997 inzake het Planningsbesluit IVF, in-vitrofertilisatie.
Vervolgens is door de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie een protocol opgesteld, zodat in 1998 met het onderzoek hoogtechnologisch draagmoederschap werd begonnen. Voorwaarden voor hoogtechnologisch draagmoederschap zijn:
de wensmoeder KAN niet zwanger worden:
de baarmoeder is afwezig, congenitale aplasie (syndroom van Mayer- Rokitansky-Küster) of verwijderd door operatie;
de baarmoeder is beschadigd of misvormd;
de wensmoeder MAG niet zwanger worden op grond van een ernstige lichamelijke aandoening, waarbij een zwangerschap levensbedreigend kan zijn;
de wensmoeder mag niet ouder dan 40 jaar zijn bij het begin van de behandeling;
de wensouders hebben geen strafblad en moeten een verklaring van goed gedrag overleggen;
de wensouders moeten de Nederlandse nationaliteit hebben, de Nederlandse taal beheersen en in Nederland woonachtig zijn.
De draagmoeder:
moet al eerder één of meer kinderen hebben gekregen zonder medische problemen, dus geen medische assistentie hebben gehad bij zwanger worden of bij de baring (b.v. geen keizersnee);
heeft bij voorkeur een voltooid gezin;
is lichamelijk en geestelijk gezond;
moet bereid zijn om zich aan een aantal gedragsregels te houden tijdens de behandeling (geen geslachtsgemeenschap tijdens de ovulatie) en de zwangerschap (geen gebruik van drugs of medicijnen in het algemeen, geen alcohol en niet roken);
heeft bij aanwezigheid van een partner diens instemming met haar beslissing nodig en de partner moet de contracten mede ondertekenen;
mag niet ouder dan 44 jaar zijn;
moet de Nederlandse nationaliteit hebben, de Nederlandse taal beheersen en in Nederland wonen; indien de draagmoeder een partner heeft, gelden deze eisen ook voor hem.
NB: in aanbeveling 115 van de Victorian Law Reform Commission wordt bovendien nog een ondergrens van 25 jaar aangegeven.2 Hoewel de commissie een voorkeur uitspreekt voor vrouwen die ervaring hebben met een zwangerschap en een baring, wil zij dit in tegenstelling tot de Nederlandse eisen niet als een absoluut vereiste hanteren.
Het is duidelijk dat deze voorwaarden door velen als discriminerend worden gevoeld, vooral aan de zijde van de wensouders. Mannelijke homoseksuele paren komen niet in aanmerking, hoewel bij het hanteren van het gelijkheidsbeginsel van man en vrouw een man een persoon is die niet zwanger kan worden, omdat hij, aangeboren, geen baarmoeder heeft.
In het kader van zijn oppositie tegen deze discriminatie vermeldt schrijver hier graag aanbeveling 103 van de Victorian Law Reform Commission.3 De commissie adviseert dat een alleenstaande of een paar gebruik moet kunnen maken van een draagmoeder zonder dat aan de vorm van de relatie of de seksuele geaardheid voorwaarden mogen worden gesteld (regardless of relationship or marital status or sexual orientation).
Hoewel niet expliciet in de voorwaarden vermeld, hanteert het VUmc (medisch centrum Vrije Universiteit Amsterdam, op dit ogenblik nog het enige centrum dat hoogtechnologisch draagmoederschap mag uitvoeren) als extra regel dat deze techniek in principe gereserveerd blijft voor eerste kinderen, of anders gezegd: het is niet de bedoeling om deze behandeling open te stellen voor wensouders die al eigen kinderen hebben.