Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1060 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid
Artikel 90 Voorfinanciering
Geldend
Geldend vanaf 14-11-2022
- Bronpublicatie:
19-10-2022, PbEU 2022, L 275 (uitgifte: 25-10-2022, regelingnummer: 2022/2039)
- Inwerkingtreding
14-11-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-10-2022, PbEU 2022, L 275 (uitgifte: 25-10-2022, regelingnummer: 2022/2039)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Financiering
1.
De Commissie betaalt voorfinanciering op basis van de totale steun uit de fondsen zoals beschreven in het besluit tot goedkeuring van het programma.
2.
De voorfinanciering voor elk fonds wordt ieder jaar vóór 1 juli betaald in jaarlijkse tranches, onder voorbehoud van de beschikbaarheid van middelen, en wel als volgt:
- a)
2021: 0,5 %;
- b)
2022: 0,5 %;
- c)
2023: 0,5 %;
- d)
2024: 0,5 %;
- e)
2025: 0,5 %;
- f)
2026: 0,5 %.
Indien een programma na 1 juli 2021 wordt goedgekeurd, worden de eerdere tranches in het jaar van goedkeuring betaald.
Er wordt in 2022 onmiddellijk na de inwerkingtreding van deze verordening een aanvullende voorfinanciering van 0,5 % en in 2023 een aanvullende voorfinanciering van 0,5 % betaald voor door het EFRO, het ESF+ of het Cohesiefonds ondersteunde programma’s in het kader van de doelstelling ‘Investeren in werkgelegenheid en groei’. Wanneer een programma na 31 december 2022 wordt goedgekeurd, wordt de tranche voor 2022 in het jaar van goedkeuring betaald.
3.
In afwijking van lid 2 worden in de Interreg-verordening specifieke regels inzake voorfinanciering voor Interreg-programma's vastgelegd.
4.
In afwijking van lid 2 worden in de fondsspecifieke verordeningen specifieke regels inzake voorfinanciering vastgelegd voor door het AMIF, het ISF en het BMVI ondersteunde programma's.
5.
Het als voorfinanciering betaalde bedrag voor de jaren 2021 en 2022 wordt — met uitzondering van de in lid 2, derde alinea, van dit artikel bedoelde aanvullende voorfinanciering — jaarlijks in de rekeningen van de Commissie vereffend. Alle andere als voorfinanciering betaalde bedragen worden uiterlijk met het laatste boekjaar — overeenkomstig artikel 100 — in de rekeningen van de Commissie vereffend.
Voor door het AMIF, het ISF en het BMVI ondersteunde programma's wordt het als voorfinanciering betaalde bedrag uiterlijk in het laatste boekjaar in de rekeningen van de Commissie vereffend.
6.
Eventuele door de voorfinanciering gegenereerde renteopbrengsten worden voor het betrokken programma op dezelfde wijze gebruikt als de fondsen en worden opgenomen in de rekeningen van het laatste boekjaar.