Einde inhoudsopgave
Arbeidsomstandighedenregeling
Bijlage XIIIg Protocol Informatieuitwisseling ASBESTverwijdering Nederlandse Arbeidsinspectie — Certificerende Instellingen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
25-11-2021, Stcrt. 2021, 48293 (uitgifte: 03-12-2021, regelingnummer: 2021-0000193512)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2021, Stcrt. 2021, 48293 (uitgifte: 03-12-2021, regelingnummer: 2021-0000193512)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Arbeidsrecht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Sociale zekerheid re-integratie (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
behorend bij artikel 4.29 Arbeidsomstandighedenregeling
Ondergetekenden,
- 1.
Nederlandse Arbeidsinspectie, vertegenwoordigd door mr. J.A. van den Bos, Inspecteur-Generaal, hierna te noemen: ‘Nederlandse Arbeidsinspectie’, en
- 2.
De aangewezen Certificerende Instelling:
- a.
Bureau Veritas Inspections and Certification The Netherlands B.V. vertegenwoordigd door: de heer C.J.G. Laarhuis, directeur;
- b.
Eerland Certification B.V., vertegenwoordigd door: ing. E. Eerland, directeur;
- c.
Kiwa N.V. vertegenwoordigd door:de heer B. Meekma, directeur;
- d.
SGS Intron B.V. vertegenwoordigd door: de heer W.H.M. van Loon, algemeen directeur
- e.
SGS Nederland B.V. vertegenwoordigd door: de heer A.G. Siraa, directeur
- f.
TÜV Nederland QA B.V. vertegenwoordigd door: de heer A.C. Boon, directeur hierna te noemen: ‘Certificerende Instelling’
Overwegende dat:
- 1.
artikel 29a van de Arbeidsomstandighedenwet en artikel 1.5e van het Arbeidsomstandighedenbesluit bepalen dat de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, in casu de Nederlandse Arbeidsinspectie, en de aangewezen Certificerende Instellingen, bedoeld in artikel 20 van evengenoemde wet, elkaar wederzijds (kunnen) informeren over o.a. bij controles of inspecties aangetroffen situaties waar de veiligheid of de gezondheid van werknemers door de wijze waarop werkzaamheden worden uitgevoerd in gevaar wordt of kan worden gebracht;
- 2.
Het doel van de informatie-uitwisseling is om:
- a.
de Certificerende Instellingen informatie te verschaffen die hen in staat stelt bij daarvoor in aanmerking komende situaties certificaathouders de juiste sanctie op te leggen;
- b.
de Nederlandse Arbeidsinspectie en andere toezichthoudende instanties waarmee de Nederlandse Arbeidsinspectie de informatie deelt, informatie te verschaffen die hen in staat stelt gerichte inspecties uit te voeren bij daarvoor in aanmerking komende bedrijven;
- 3.
Het noodzakelijk is om de bestaande afspraken over informatie-uitwisseling — uitgewerkt in bijlage F van het certificatieschema SC 530 — te vernieuwen en de nieuwe afspraken neer te leggen in een als bijlage bij de Arbeidsomstandighedenregeling op te nemen protocol;
- 4.
De afspraken in dit protocol strekken ter vervanging van de afspraken in bijlage F van SC 530.
Komen het volgende overeen:
In dit Protocol wordt een aantal begrippen met een beginhoofdletter gebruikt. Aan deze begrippen komt de betekenis toe die hieraan wordt gegeven in het hierna volgende artikel 1
Artikel 1. begripsomschrijvingen
- 1.
Protocol: dit protocol
- 2.
Inspecteur: inspecteur van de Nederlandse Arbeidsinspectie
- 3.
Inspectie: bezoek door een inspecteur van de Nederlandse Arbeidsinspectie aan een locatie of werkplek
- 4.
Auditor: auditor van de Certificerende Instelling
- 5.
Controle: bezoek door een auditor van een Certificerende Instelling aan een locatie of werkplek
- 6.
Certificaathouder: een bedrijf of persoon die in bezit is van een certificaat
- 7.
Arbobesluit: het Arbeidsomstandighedenbesluit
Artikel 2. aanwijzen van contactpersonen
Nederlandse Arbeidsinspectie en Certificerende Instelling wijzen contactpersonen aan voor de uitvoering van het Protocol en brengen elkaar daarvan op de hoogte;
Artikel 3. melding door de Certificerende Instelling aan de Nederlandse Arbeidsinspectie van afwijkingen die leiden tot (een groot risico op) asbestemissie (bijlage A van dit protocol)
1
Wanneer een Auditor van een Certificerende Instelling tijdens een Controle van een Certificaathouder één of meerdere in bijlage A van dit protocol genoemde afwijkingen constateert, dan doet de contactpersoon van de Certificerende instelling hiervan direct telefonisch melding bij de contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie genoemd in artikel 2, of indien deze niet bereikbaar is, met de tweede contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie;
2
De melding op grond van lid 1 wordt door de contactpersoon van de Certificerende Instelling binnen vijf werkdagen per mail bevestigd door verzending van de volgende gegevens aan de postbus die de Nederlandse Arbeidsinspectie in het kader van dit protocol heeft ingesteld:
- i.
Naam, telefoonnummer en e-mail van de contactpersoon van de Certificerende Instelling en organisatie (onderdeel) waarvoor deze werkzaam is;
- ii.
Naam, registratienummer van de certificaathouder op wie de melding betrekking heeft;
- iii.
Datum, tijdstip en plaats van de constatering;
- iv.
Omschrijving van de situatie waarop de melding betrekking heeft, inclusief verwijzing naar de relevante afwijking in bijlage A.
3
Indien de Nederlandse Arbeidsinspectie hierom vraagt, verstrekt de Certificerende Instelling (aanvullend) relevante schriftelijke stukken zoals bijvoorbeeld een afschrift van correspondentie met de betreffende Certificaathouder aan de Certificerende Instelling, tenzij er juridische belemmeringen zijn om de stukken te overleggen.
Artikel 4. melding door de Certificerende Instelling aan de Nederlandse Arbeidsinspectie van overige categorie II afwijkingen (bijlage B van dit protocol)
1
Indien een Auditor tijdens een controle bij een Certificaathouder een situatie aantreft genoemd in bijlage B, dan doet de contactpersoon van de Certificerende Instelling hiervan melding aan de contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie;
2
De melding geschiedt door binnen vijf werkdagen de volgende gegevens naar de postbus te zenden die de Nederlandse Arbeidsinspectie in het kader van dit protocol heeft ingesteld:
- i.
Naam, telefoonnummer en e-mail van de contactpersoon van de Certificerende Instelling en organisatie (onderdeel) waarvoor deze werkzaam is;
- ii.
Naam, registratienummer van de certificaathouder op wie de melding betrekking heeft;
- iii.
Datum, tijdstip en plaats van de constatering;
- iv.
Omschrijving van de situatie waarop de melding betrekking heeft, inclusief verwijzing naar de relevante afwijking in bijlage B.
3
Indien de Nederlandse Arbeidsinspectie hierom vraagt, verstrekt de Certificerende Instelling (aanvullend) relevante schriftelijke stukken zoals bijvoorbeeld een afschrift van correspondentie met de betreffende Certificaathouder aan de Certificerende Instelling, tenzij er wettelijke belemmeringen zijn om de stukken te overleggen.
Artikel 5. melding door de Certificerende Instelling aan de Nederlandse Arbeidsinspectie van categorie III en IV afwijkingen (bijlage H van SC 530)
1
Afwijkingen categorie III en IV worden ieder kwartaal binnen drie weken na afloop van het kwartaal gemeld (peildata 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober);
2
Deze melding dient schriftelijk te geschieden, waarbij e-mail als een vorm van schriftelijk melden wordt beschouwd. Meldingen worden gebundeld in de vorm van een bestand aangeleverd in Excel of Access;
3
Het bestand wordt door de contactpersoon van de Certificerende Instelling gezonden naar de postbus die de Nederlandse Arbeidsinspectie in het kader van dit protocol heeft ingesteld. Het bestand bevat de volgende gegevens:
- i.
Naam, telefoonnummer en e-mail van de contactpersoon van de Certificerende Instelling en organisatie (onderdeel) waarvoor deze werkzaam is;
- ii.
Naam, registratienummer van de certificaathouder op wie de melding betrekking heeft;
- iii.
Datum, tijdstip en plaats van de constatering;
- iv.
Omschrijving van de situatie waarop de melding betrekking heeft, inclusief verwijzing naar de relevante afwijking uit bijlage H van SC 530;
4
Indien de Certificerende instelling besluit omwille van logistieke redenen ook de onder artikel 3 en 4 genoemde afwijkingen nogmaals in het bestand op te nemen, dan dient in het bestand duidelijk zichtbaar te zijn om welke gegevens het gaat;
5
Indien de Nederlandse Arbeidsinspectie hierom vraagt, verstrekt de Certificerende Instelling (aanvullend) relevante schriftelijke stukken zoals bijvoorbeeld een afschrift van correspondentie met de betreffende Certificaathouder aan de Certificerende Instelling, tenzij er wettelijke belemmeringen zijn om de stukken te overleggen.
Artikel 6. melding door de Nederlandse Arbeidsinspectie aan de Certificerende Instelling van overtredingen die leiden tot (een groot risico op) asbestemissie (bijlage A van dit protocol)
1
Wanneer een Inspecteur van de Nederlandse Arbeidsinspectie tijdens een Inspectie één of meerdere van de in bijlage A genoemde situaties aantreft, dan doet de contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie hiervan direct telefonisch melding bij de contactpersoon van de Certificerende instelling genoemd in artikel 2;
2
De melding op grond van lid 1 wordt door de contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie schriftelijk bevestigd door de handhavingcorrespondentie die aan de werkgever wordt gezonden in afschrift per email aan de Certificerende Instelling toe te zenden. De email is gericht aan de contactpersoon van de Certificerende Instelling;
3
De Certificerende Instelling bericht binnen drie weken (na afronding van een eventuele procedure zienswijze) hoe de melding is afgehandeld en welke actie naar de betreffende Certificaathouder is ondernomen. Dit doet de Certificerende Instelling door via de postbus die de Nederlandse Arbeidsinspectie in het kader van dit protocol heeft ingesteld de onder 2 genoemde email te retourneren met vermelding van de genomen vervolgstappen.
Artikel 7. melding door de Nederlandse Arbeidsinspectie aan de Certificerende Instelling van overige overtredingen
1
Indien een Inspecteur tijdens een Inspectie van een locatie of werkplek overige overtredingen van de Arbeidsomstandighedenwet constateert, niet zijnde een overtreding genoemd in bijlage A van dit protocol, dan doet de contactpersoon van de Nederlandse Arbeidsinspectie hiervan melding aan de contactpersoon van de betreffende Certificerende Instelling;
2
De melding geschiedt door de handhavingcorrespondentie die aan de werkgever wordt gezonden in afschrift per email aan de Certificerende Instelling toe te zenden. De email is gericht aan de contactpersoon van de Certificerende Instelling.
Artikel 8. privacy-aspecten
Een ieder die in het kader van dit Protocol bedrijfs- of persoonsgegevens dan wel andersoortige vertrouwelijke informatie ontvangt is verplicht tot geheimhouding. De gegevens die in het kader van dit Protocol verstrekt worden aan een andere partij mogen alleen gebruikt worden met het oog op het in dit Protocol omschreven doel. De Nederlandse Arbeidsinspectie behoudt wel de mogelijkheid om haar handhavingsinformatie met andere toezichthoudende instanties te delen.
Artikel 9. kosten
Partijen zullen elkaar geen kosten in rekening brengen voor het doen van meldingen en/of voor de afhandeling van die meldingen en/of voor andere activiteiten die voortvloeien uit dit Protocol.
Artikel 10. wijzigingen in en opzegging van het Protocol
Wijzigingen in en opzegging van het Protocol behoeven de schriftelijke instemming van alle bij het protocol betrokken partijen.
Artikel 11. evaluatie
1
Tweemaal per jaar vindt een overleg plaats tussen de Nederlandse Arbeidsinspectie en de Certificerende Instellingen over praktische zaken rond de toepassing van het Protocol;
2
Jaarlijks vindt een evaluatiebijeenkomst plaats waarbij partijen de resultaten van het Protocol evalueren en bekijken of gemaakte afspraken worden nageleefd. Indien gewenst wordt het Protocol en/of de bij het Protocol behorende bijlagen aangepast.
Artikel 12. geldigheid
Dit Protocol treedt in werking op de dag na ondertekening ervan.
Dit Protocol is overeengekomen en ondertekend
Namens de Nederlandse Arbeidsinspectie te Den Haag op de datum: 2 mei 2012
Namens de Certificerende Instelling op de datum: 31 mei 2012
Bijlage A Afwijkingen genoemd in bijlage H van SC 530 die direct telefonisch aan de Inspectie SZW moeten worden gemeld
Bijlage B Categorie II overtredingen vastgesteld tijdens een projectlocatie, niet zijnde overtredingen genoemd in bijlage A