Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/1111 betreffende de bevoegdheid, de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en betreffende internationale kinderontvoering
Artikel 53 Gedeeltelijke tenuitvoerlegging
Geldend
Geldend vanaf 22-07-2019
- Bronpublicatie:
25-06-2019, PbEU 2019, L 178 (uitgifte: 02-07-2019, regelingnummer: 2019/1111)
- Inwerkingtreding
22-07-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2019, PbEU 2019, L 178 (uitgifte: 02-07-2019, regelingnummer: 2019/1111)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Europees burgerlijk procesrecht
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
1.
Een partij die om de tenuitvoerlegging van een beslissing verzoekt, kan om de gedeeltelijke tenuitvoerlegging daarvan vragen.
2.
Indien in de beslissing uitspraak is gedaan over meer dan één onderdeel van het verzoek en de tenuitvoerlegging voor een of meerdere onderdelen daarvan is geweigerd, is de tenuitvoerlegging toch mogelijk voor die onderdelen waarop de weigering geen betrekking heeft.
3.
De leden 1 en 2 van dit artikel worden niet gebruikt om een beslissing waarmee de terugkeer van een kind wordt gelast, ten uitvoer te leggen zonder dat eventuele voorlopige en bewarende maatregelen genomen ter bescherming van het kind tegen het risico bedoeld in artikel 13, lid 1, onder b, van het Verdrag van 's-Gravenhage van 1980, ten uitvoer worden gelegd.