Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/1011 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten
Artikel 3 Definities
Geldend
Geldend vanaf 13-02-2021
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 13-02-2021.
- Bronpublicatie:
10-02-2021, PbEU 2021, L 49 (uitgifte: 12-02-2021, regelingnummer: 2021/168)
- Inwerkingtreding
13-02-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-02-2021, PbEU 2021, L 49 (uitgifte: 12-02-2021, regelingnummer: 2021/168)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- 1)
‘index’: elk cijfer
- a)
dat wordt gepubliceerd of beschikbaar wordt gemaakt voor het publiek;
- b)
dat regelmatig:
- i)
geheel of gedeeltelijk wordt vastgesteld door toepassing van een formule of andere berekeningswijze, of door een evaluatie, en
- ii)
waarbij deze vaststelling gebeurt op basis van de waarde van een of meer onderliggende activa of prijzen, met inbegrip van geraamde prijzen, feitelijke of geraamde rentevoeten, indicatieve bied- en laatkoersen, handelbare bied- en laatkoersen, of andere waarden, of taxaties;
- 2)
‘aanbieder van een index’: een natuurlijke of rechtspersoon die de controle heeft over het aanbieden van een index;
- 3)
‘benchmark’: een index op basis waarvan het uit hoofde van een financieel instrument of een financiële overeenkomst te betalen bedrag of de waarde van een financieel instrument wordt vastgesteld, of een index die wordt gebruikt om de prestaties van een beleggingsfonds te meten teneinde het rendement van die index te monitoren of de activatoewijzing van een portfolio te bepalen of de prestatievergoedingen te berekenen;
- 4)
‘benchmarkgroep’: een groep benchmarks die door dezelfde beheerder wordt aangeboden en is vastgesteld op basis van vergelijkbare inputgegevens, en die specifieke maatstaven biedt voor dezelfde of een vergelijkbare markt of economische realiteit;
- 5)
‘aanbieden van een benchmark’:
- a)
beheren van de regelingen voor het vaststellen van een benchmark;
- b)
verzamelen, analyseren of verwerken van inputgegevens voor het vaststellen van een benchmark, en
- c)
vaststellen van een benchmark door toepassing van een formule of een andere berekeningswijze of door middel van een evaluatie van inputgegevens die daartoe zijn verstrekt;
- 6)
‘beheerder’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die de controle heeft over het aanbieden van een benchmark;
- 7)
‘gebruik van een benchmark’:
- a)
uitgifte van een financieel instrument dat verwijst naar een index of een combinatie van indices;
- b)
bepaling van het uit hoofde van een financieel instrument of een financiële overeenkomst te betalen bedrag door te verwijzen naar een index of een combinatie van indices;
- c)
partij zijn bij een financiële overeenkomst die naar een index of een combinatie van indices verwijst;
- d)
aanbieding van een debetrentevoet in de zin van artikel 3, onder j), van Richtlijn 2008/48/EG, berekend als een spread of mark-up op een index of een combinatie van indices en die uitsluitend wordt gebruikt als een referentie in een financiële overeenkomst waarbij de kredietgever partij is;
- e)
meting van de prestatie van een beleggingsfonds aan de hand van een index of een combinatie van indices teneinde het rendement van een dergelijke index of combinatie van indices te monitoren, de activatoewijzing van een portfolio te bepalen of de prestatievergoedingen te berekenen;
- 8)
‘aanleveren van inputgegevens’: het verstrekken van niet onmiddellijk beschikbare inputgegevens aan een beheerder of aan een andere persoon zodat hij deze kan doorsturen naar de beheerder, die nodig zijn voor het vaststellen van een benchmark en daartoe worden verstrekt;
- 9)
‘contribuant’: een natuurlijke of rechtspersoon die inputgegevens aanlevert;
- 10)
‘onder toezicht staande contribuant’: een entiteit waarop toezicht wordt uitgeoefend en die inputgegevens aanlevert aan een beheerder in de Unie;
- 11)
‘indiener’: een natuurlijke persoon die door de contribuant is aangesteld om inputgegevens aan te leveren;
- 12)
‘beoordelaar’: een werknemer van een beheerder van een grondstoffenbenchmark of enige andere natuurlijke persoon wiens diensten ter beschikking of onder de controle staan van de beheerder en die verantwoordelijk is voor de toepassing van een methodologie op of de beoordeling van inputgegevens en andere informatie om tot een sluitend oordeel te komen over de prijs van een bepaalde grondstof;
- 13)
‘deskundige beoordeling’: uitoefening van keuzevrijheid door een beheerder of contribuant bij het gebruik van gegevens voor de vaststelling van een benchmark, waaronder de extrapolatie van waarden uit eerdere of gerelateerde transacties die worden aangepast voor factoren die de kwaliteit van de gegevens zouden kunnen beïnvloeden, zoals marktgebeurtenissen of vermindering van de kredietwaardigheid van een koper of verkoper, en weging van vaste biedingen of offertes die hoger zijn dan een specifieke voltooide transactie;
- 14)
‘inputgegevens’: de gegevens met betrekking tot de waarde van een of meer onderliggende activa of prijzen, waaronder geraamde prijzen, indicatieve bied- en laatkoersen, handelbare bied- en laatkoersen of andere waarden die door een beheerder worden gebruikt voor het vaststellen van een benchmark;
- 15)
‘transactiegegevens’: waarneembare prijzen, percentages, indices of waarden die transacties tussen niet-gerelateerde tegenpartijen op een actieve markt met concurrerende krachten van vraag en aanbod vertegenwoordigen;
- 16)
‘financieel instrument’: een van de instrumenten zoals vermeld in bijlage I, deel C, bij Richtlijn 2014/65/EU waarvoor een verzoek om toelating tot een handelsplatform, in de zin van artikel 4, lid 1, punt 24, van Richtlijn 2014/65/EU is ingediend of die worden verhandeld op een handelsplatform, in de zin van artikel 4, lid 1, punt 24, van Richtlijn 2014/65/EU, of via een beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling, in de zin van artikel 4, lid 1, punt 20, van die richtlijn;
- 17)
‘onder toezicht staande entiteit’:
- a)
een kredietinstelling in de zin van artikel 4, lid 1, punt 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (1);
- b)
een beleggingsonderneming in de zin van artikel 4, lid 1, punt 1, van Richtlijn 2014/65/EU;
- c)
een verzekeringsonderneming in de zin van artikel 13, punt 1, van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad (2);
- d)
een herverzekeringsonderneming in de zin van artikel 13, punt 4, van Richtlijn 2009/138/EG;
- e)
- f)
een beheerder van een alternatieve beleggingsinstelling (abi) in de zin van artikel 4, lid 1, onder b), van Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad (3);
- g)
een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening in de zin van artikel 6, onder a), van Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad (4);
- h)
- i)
een niet-kredietinstelling in de zin van artikel 4, punt 10, van Richtlijn 2014/17/EU ten behoeve van kredietovereenkomsten in de zin van artikel 4, punt 3, van die richtlijn;
- j)
een marktexploitant in de zin van artikel 4, lid 1, punt 18, van Richtlijn 2014/65/EU;
- k)
een CTP in de zin van artikel 2, punt 1, van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (5);
- l)
een transactieregister in de zin van artikel 2, punt 2, van Verordening (EU) nr. 648/2012;
- m)
een beheerder;
- 18)
- 19)
- 20)
‘leidinggevend orgaan’: het (de) overeenkomstig het nationale recht aangewezen orgaan (organen) van een beheerder of een andere onder toezicht staande entiteit, dat (die) bevoegd is (zijn) om de strategie, doelstellingen en algemene leiding van de beheerder of andere onder toezicht staande entiteit te bepalen, fungeert (fungeren) als toezichthouder op en bewaker van de besluitvorming van het management en personen omvat (omvatten) die daadwerkelijk het beleid van de beheerder of andere onder toezicht staande entiteit bepalen;
- 21)
‘consument’: een natuurlijke persoon die, voor onder deze verordening vallende financiële overeenkomsten, handelt voor doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen;
- 22)
‘rentevoetbenchmark’: een benchmark die ten behoeve van punt 1, onder b), ii), van dit lid wordt vastgesteld op basis van het percentage op de geldmarkt waartegen banken kunnen uitlenen aan of lenen van andere banken, dan wel instellingen die geen bank zijn;
- 22 bis)
‘benchmark voor contante wisselkoersen’: een benchmark die de in een bepaalde valuta uitgedrukte prijs weergeeft van een andere valuta of een mandje van andere valuta voor levering op de vroegst mogelijke valutadatum;
- 23)
‘grondstoffenbenchmark’: een benchmark waarvan de onderliggende activa ten behoeve van punt 1, onder b), ii), van dit lid een grondstof is in de zin van artikel 2, punt 1, van Verordening (EG) nr. 1287/2006 van de Commissie (6), met uitzondering van emissierechten als bedoeld in bijlage I, deel C, punt 11, van Richtlijn 2014/65/EU;
- 23 bis)
‘EU-klimaattransitiebenchmark’: een benchmark die als EU-klimaattransitiebenchmark is aangemerkt en die aan de volgende vereisten voldoet:
- a)
de onderliggende activa zijn voor de toepassing van punt 1, b), ii), van dit lid en van artikel 19 ter, zodanig geselecteerd, gewogen of uitgesloten dat de daaruit voortvloeiende benchmarkportefeuille zich op een decarbonisatietraject bevindt, en
- b)
hij is samengesteld in overeenstemming met de minimumnormen die zijn neergelegd in de in artikel 19 bis, lid 2, bedoelde gedelegeerde handelingen.
- 23 ter)
‘op de Overeenkomst van Parijs afgestemde EU-benchmark’: een benchmark die als op de Overeenkomst van Parijs afgestemde EU-benchmark is aangemerkt en die aan de volgende vereisten voldoet:
- a)
de onderliggende activa zijn voor de toepassing van punt 1, b), ii) van dit lid en van de in artikel 19 quater, bedoelde gedelegeerde handelingen zodanig geselecteerd, gewogen of uitgesloten dat de koolstofuitstoot van de daaruit voortvloeiende benchmarkportefeuille strookt met de doelstellingen van de in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering gesloten Overeenkomst van Parijs (de ‘Overeenkomst van Parijs’), die op 5 oktober 2016 door de Unie is goedgekeurd (7);
- b)
hij is samengesteld in overeenstemming met de minimumnormen die zijn neergelegd in de in artikel 19 bis, lid 2, bedoelde gedelegeerde handelingen, en
- c)
de activiteiten die verband houden met die onderliggende activa doen geen ernstige afbreuk aan andere ecologische, sociale en governancedoelstellingen (ESG-doelstellingen);
- 23 quater.
‘decarboniseringstraject’: een meetbaar, wetenschappelijk onderbouwd en tijdgebonden traject met het oog op aanpassing aan de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs door het verminderen van de emissies uit groep 1, 2 en 3 en de koolstofemissies als bedoeld in punt 1, onder e), van bijlage III;
- 24)
‘benchmark op basis van gereguleerde gegevens’: een benchmark die vastgesteld wordt met behulp van een formule en aan de hand van:
- a)
inputgegevens die volledig worden aangeleverd door:
- i)
een handelsplatform in de zin van artikel 4, lid 1, punt 24, van Richtlijn 2014/65/EU of een handelsplatform in een derde land ten aanzien waarvan de Commissie bij uitvoeringsbesluit heeft vastgesteld dat het wettelijke en toezichtkader van dat land wordt geacht een gelijkwaardig effect in de zin van artikel 28, lid 4, van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad (8) of artikel 25, lid 4, van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad te hebben, of een gereglementeerde markt die wordt geacht gelijkwaardig te zijn uit hoofde van artikel 2 bis van Verordening (EU) nr. 648/2012, maar in elk geval uitsluitend met betrekking tot transactiegegevens over financiële instrumenten;
- ii)
een goedgekeurde publicatieregeling in de zin van artikel 4, lid 1, punt 52, van Richtlijn 2014/65/EU of een verstrekker van een ‘consolidated tape’ in de zin van artikel 4, lid 1, punt 53, van Richtlijn 2014/65/EU, overeenkomstig de verplichte vereisten betreffende transparantie na de handel, maar uitsluitend met betrekking tot transactiegegevens over financiële instrumenten die op een handelsplatform worden verhandeld;
- iii)
een goedgekeurd rapporteringsmechanisme in de zin van artikel 4, lid 1, punt 54, van Richtlijn 2014/65/EU, maar uitsluitend met betrekking tot transactiegegevens over financiële instrumenten die op een handelsplatform worden verhandeld en die overeenkomstig verplichte vereisten betreffende transparantie na de handel openbaar moeten worden gemaakt;
- iv)
een elektriciteitsbeurs in de zin van artikel 37, lid 1, onder j), van Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad (9);
- v)
een aardgasbeurs in de zin van artikel 41, lid 1, onder j), van Richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad (10);
- vi)
een veilingplatform in de zin van artikel 26 of artikel 30 van Verordening (EU) nr. 1031/2010 van de Commissie (11);
- vii)
een dienstverlener aan wie de benchmarkbeheerder het verzamelen van gegevens heeft uitbesteed overeenkomstig artikel 10, met uitzondering van artikel 10, lid 3, onder f), mits de dienstverlener de gegevens volledig ontvangt van een entiteit als bedoeld in de punten i) tot en met vi) van dit punt;
- b)
de intrinsieke waarde van beleggingsfondsen;
- 25)
‘cruciale benchmark’: een benchmark die geen benchmark op basis van gereguleerde gegevens is, die aan een van de in artikel 20, lid 1, neergelegde voorwaarden voldoet en die op de uit hoofde van dat artikel door de Commissie vastgelegde lijst staat;
- 26)
‘significante benchmark’: een benchmark die aan de in artikel 24, lid 1, neergelegde voorwaarden voldoet;
- 27)
- 28)
‘gevestigd’: met betrekking tot een rechtspersoon, het land waar deze rechtspersoon zijn hoofdkantoor of een ander officieel adres heeft, en met betrekking tot een natuurlijke persoon, het land waar die persoon zijn fiscale woonplaats heeft;
- 29)
‘overheidsinstantie’:
- a)
een regeringsorgaan of ander overheidsorgaan, waaronder de entiteiten die belast zijn met of betrokken zijn bij het beheer van de overheidsschuld;
- b)
een entiteit of persoon die krachtens het nationaal recht openbare diensttaken verricht, of die openbare verantwoordelijkheden heeft, openbare functies bekleedt of voorziet in openbare dienstverlening, met inbegrip van maatregelen voor werkgelegenheid, economische activiteit en inflatie, onder toezicht van een entiteit in de zin van punt a).
2.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 49 gedelegeerde handelingen vast te stellen om nadere technische aspecten van de in lid 1 van onderhavig artikel vastgestelde definities te specificeren, in het bijzonder wat moet worden begrepen onder ‘beschikbaar voor het publiek’ voor de toepassing van de definitie van een index.
In voorkomend geval houdt de Commissie rekening met de technologische of marktontwikkelingen en de internationale convergentie van de toezichtpraktijk met betrekking tot benchmarks.
3.
De Commissie stelt uitvoeringshandelingen vast teneinde een lijst vast te stellen en te herzien van overheidsinstanties in de Unie die binnen de definitie van punt 29 van lid 1 van onderhavig artikel vallen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 50, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.
In voorkomend geval houdt de Commissie rekening met de technologische of marktontwikkelingen en de internationale convergentie van de toezichtpraktijk met betrekking tot benchmarks.
Voetnoten
Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1).
Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II) (PB L 335 van 17.12.2009, blz. 1).
Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 1).
Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 juni 2003 betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening (PB L 235 van 23.9.2003, blz. 10).
Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1287/2006 van de Commissie van 10 augustus 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de voor beleggingsondernemingen geldende verplichtingen betreffende het bijhouden van gegevens, het melden van transacties, de markttransparantie, de toelating van financiële instrumenten tot de handel en de definitie van begrippen voor de toepassing van genoemde richtlijn betreft (PB L 241 van 2.9.2006, blz. 1).
Besluit (EU) 2016/1841 van de Raad van 5 oktober 2016 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst van Parijs, die is aangenomen in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (PB L 282, 19.10.2016, blz. 1).
Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84).
Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 2003/54/EG (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 55).
Richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van Richtlijn 2003/55/EG (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 94).
Verordening (EU) nr. 1031/2010 van de Commissie van 12 november 2010 inzake de tijdstippen, het beheer en andere aspecten van de veiling van broeikasgasemissierechten overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap (PB L 302 van 18.11.2010, blz. 1).