Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1045
Opiumwetdelict en deelneming aan criminele organisatie met oogmerk plegen Opiumwetdelicten. 1. Bewijsklacht opzet invoer cocaïne. 2. Bewijsklacht deelneming aan criminele organisatie. 3. Redelijke termijn in hoger beroep. Oordeel hof dat op te leggen gevangenisstraf met maximaal zes maanden kan worden gematigd juist en begrijpelijk? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 01-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1482
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 november 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
21/03013
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1482, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑11‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:740, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2022
Essentie
Opiumwetdelict en deelneming aan criminele organisatie met oogmerk plegen Opiumwetdelicten. 1. Bewijsklacht opzet invoer cocaïne. 2. Bewijsklacht deelneming aan criminele organisatie. 3. Redelijke termijn in hoger beroep. Oordeel hof dat op te leggen gevangenisstraf met maximaal zes maanden kan worden gematigd juist en begrijpelijk? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/03013
Datum 1 november 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 16 juli 2021, nummer 23-004509-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1966, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.