Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1035
Diefstal, art. 310 Sr. Opgave bewijsmiddelen a.b.i. art. 359 lid 3 Sv en verzuim m.b.t. opgave van redengevende feiten en omstandigheden in bewijsmiddelen. Kon hof gedeeltelijk volstaan met opgave bewijsmiddelen, terwijl raadsman vrijspraak heeft bepleit? V.zv. middel klaagt dat hof heeft volstaan met opgave bewijsmiddelen a.b.i. art. 359 lid 3 Sv (tweede volzin), berust het op verkeerde lezing van ’s hofs uitspraak. Hof heeft immers niet overwogen dat het heeft volstaan met opgave van bewijsmiddelen v.zv. verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend maar heeft klaarblijkelijk (naast bewijsmiddel 1) gehele inhoud van de als bewijsmiddelen 2 en 3 genoemde p-v’s aangemerkt als redengevende feiten en omstandigheden voor beslissing dat feit door verdachte is begaan. V.zv. middel klaagt over ’s hofs verzuim om redengevende inhoud van bewijsmiddelen 2 en 3 op te nemen, is het gelet op art. 359 lid 3 (eerste volzin) Sv terecht voorgesteld. A.g.v. dit verzuim is bewezenverklaring niet toereikend gemotiveerd. Volgt vernietiging en terugwijzing. CAG: terechte klacht maar geen cassatie, nu desbetreffende pagina’s moeiteloos kunnen worden teruggevonden in procesdossier.
HR 01-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1563
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 november 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
20/03268
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1563, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑11‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:750, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2022
Essentie
Diefstal, art. 310 Sr. Opgave bewijsmiddelen a.b.i. art. 359 lid 3 Sv en verzuim m.b.t. opgave van redengevende feiten en omstandigheden in bewijsmiddelen. Kon hof gedeeltelijk volstaan met opgave bewijsmiddelen, terwijl raadsman vrijspraak heeft bepleit? V.zv. middel klaagt dat hof heeft volstaan met opgave bewijsmiddelen a.b.i. art. 359 lid 3 Sv (tweede volzin), berust het op verkeerde lezing van ’s hofs uitspraak. Hof heeft immers niet overwogen dat het heeft volstaan met opgave van bewijsmiddelen v.zv. verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend maar heeft klaarblijkelijk (naast bewijsmiddel 1) gehele inhoud van de als bewijsmiddelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.