Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/813
Ontoereikend bewijs voorhanden hebben wapen.
HR 14-06-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ3804
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 juni 2011
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, W.F. Groos, C.H.W.M. Sterk
- Zaaknummer
10/02495
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BQ3804
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ3804, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑06‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ3804, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑04‑2011
- Wetingang
Essentie
`s Hofs oordeel dat verdachte een wapen voorhanden had, nu het wapen was gevonden in een kast van zijn kantoorruimte, is niet zonder meer begrijpelijk, gelet op het verweer van verdachte dat hij niets van het wapen wist en diverse personen toegang tot die plek hadden.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 24 juli 2009, nummer 21/002497-06, in de strafzaak tegen: H. Adv. mr. B.P. de Boer, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Machielse:
1
Het Gerechtshof te Arnhem heeft verdachte bij arrest van 24 juli ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.