Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/500
Verbintenissenrecht. Bewijswaardering. Vraag of tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen tot samenwerking in een v.o.f.
HR 30-04-2021, ECLI:NL:HR:2021:672
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 april 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide
- Zaaknummer
19/05564
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:672, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑04‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1131, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑2020
Essentie
Verbintenissenrecht. Bewijswaardering. Vraag of tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen tot samenwerking in een v.o.f.
Partij(en)
ARREST In de zaak van [de vennoot], wonende te [woonplaats], EISER tot cassatie, hierna: [de vennoot], advocaten: D.M. de Knijff en M.S. van der Keur, tegen [de aspirant-vennoot], wonende te [woonplaats], VERWEERDER in cassatie, hierna: [de aspirant-vennoot], advocaat: C.S.G. Janssens.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
1. Feiten en procesverloop
1.1
In cassatie kan worden uitgegaan van de volgende feiten:1.
(i) De vennoot is samen met een compagnon (hierna: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.