Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/604
EEX-Verordening I. Verordening Brussel IIbis. Erkenning van beslissingen; schending aanhangigheidsregels door laatst aangezochte rechter grond om erkenning van diens beslissing te weigeren?; openbare orde.
HvJ EU 16-01-2019, ECLI:EU:C:2019:24 (Liberato)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
16 januari 2019
- Magistraten
R. Silva de Lapuerta, J.-C. Bonichot, A. Arabadjiev, E. Regan, C.G. Fernlund
- Zaaknummer
C-386/17
- Conclusie
A-G Y. Bot
- Roepnaam
Liberato
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2019:24, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 16‑01‑2019
ECLI:EU:C:2018:670, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 06‑09‑2018
- Wetingang
Essentie
Stefano Liberato tegen Luminita Luisa Grigorescu.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door de Corte suprema di cassazione (Italië) bij beslissing van 26 oktober 2016.
EEX-Verordening I. Verordening Brussel IIbis. Erkenning van beslissingen; schending aanhangigheidsregels door laatst aangezochte rechter grond om erkenning van diens beslissing te weigeren?; openbare orde.
De aanhangigheidsregels van art. 27 EEX-Verordening I en van art. 19 Verordening Brussel IIbis moeten aldus worden uitgelegd dat, wanneer in het kader van een geding betreffende huwelijkszaken, ouderlijke verantwoordelijkheid of onderhoudsverplichtingen de laatst aangezochte rechter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.