Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/838
Griffierecht. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep wegens niet tijdig voldaan zijn griffierecht?
HR 08-07-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ7311 (Schouten)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juli 2011
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
11/00648
- Conclusie
A-G Wuisman
- LJN
BQ7311
- Roepnaam
Schouten
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ7311, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑07‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ7311, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑05‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑02‑2011
- Wetingang
Rv art. 282a lid 2, 427b; Wgbz art. 3 lid 4
Essentie
Griffierecht. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep wegens niet tijdig voldaan zijn griffierecht?
Nu het door verzoeker verschuldigde griffierecht niet binnen de termijn als bedoeld in art. 3 lid 4 Wet griffierechten burgerlijke zaken is bijgeschreven op de rekening van de Hoge Raad dan wel ter griffie is gestort, dient verzoeker ingevolge art. 282a lid 2 jo. 427b Rv. niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn beroep.
Samenvatting
Verzoeker tot cassatie heeft bij een op 7 februari 2011 ter griffie van de Hoge Raad ingediend verzoekschrift beroep in cassatie ingesteld. Ingevolge art. 3 lid 4 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.