Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/660
Art. 81 lid 1 RO. IPR. Rechtsmacht. Regresvordering bestuurder rechtspersoon op erfgenamen medebestuurder ter zake van bestuurdersaansprakelijkheid. Beroep op art. 1 lid 2, aanhef en onder f, Verordening Brussel I-bis (erfrechtelijk geschil).
HR 18-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:969
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 juni 2021
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, F.R. Salomons
- Zaaknummer
20/01029
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:969, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑06‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:361, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑04‑2021
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. IPR. Rechtsmacht. Regresvordering bestuurder rechtspersoon op erfgenamen medebestuurder ter zake van bestuurdersaansprakelijkheid. Beroep op art. 1 lid 2, aanhef en onder f, Verordening Brussel I-bis (erfrechtelijk geschil).
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 20/01029
Datum 18 juni 2021
ARREST
In de zaak van
1. [eiseres 1],
2. [eiser 2], beiden wonende te [woonplaats], Polen,
EISERS tot cassatie,
hierna: [eisers],
advocaat: N.C. van Steijn,
tegen
[verweerster], wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: [verweerster],
advocaat: M.E. Bruning.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P. Vlas:
In deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.