Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/461
Feitelijk leiding geven aan niet (tijdig) doen van aangifte omzetbelasting door rechtspersoon, meermalen gepleegd (art. 69 AWR, feit 1), feitelijk leiding geven aan onjuist of onvolledig doen van aangifte omzetbelasting door rechtspersoon (art. 69 AWR, feit 2) en voorhanden hebben van revolver en munitie (art. 26 lid 1 WWM, feit 6). Omvang h.b. en strafbepaling, art. 423 lid 4 Sv. Nu het er voor moet worden gehouden dat verdachte zijn h.b. met betrekking tot feit 6 tijdig heeft ingetrokken, heeft het hof feit 6 ten onrechte betrokken in h.b. en heeft het nagelaten voor dit niet aan zijn oordeel onderworpen feit sanctie te bepalen a.b.i. art. 423 lid 4 Sv. Geen cassatie bij gebrek aan belang. Blijkens ‘s hofs motivering is hoogte van straf gebaseerd op ernst van feiten 1 en 2. Volgt verwerping.
HR 24-03-2020, ECLI:NL:HR:2020:406
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 maart 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
18/00222
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht / Fiscaal strafrecht
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:406, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:105, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1088, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑10‑2019
Essentie
Feitelijk leiding geven aan niet (tijdig) doen van aangifte omzetbelasting door rechtspersoon, meermalen gepleegd (art. 69 AWR, feit 1), feitelijk leiding geven aan onjuist of onvolledig doen van aangifte omzetbelasting door rechtspersoon (art. 69 AWR, feit 2) en voorhanden hebben van revolver en munitie (art. 26 lid 1 WWM, feit 6). Omvang h.b. en strafbepaling, art. 423 lid 4 Sv. Nu het er voor moet worden gehouden dat verdachte zijn h.b. met betrekking tot feit 6 tijdig heeft ingetrokken, heeft het hof feit 6 ten onrechte betrokken in h.b. en heeft het nagelaten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.