RvdW 2017/511
Falende klacht unus testis en ondervragingsrecht. HR: art. 81 lid 1 RO.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 april 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/02141
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:659, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:253, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑02‑2017
Essentie
Falende klacht unus testis en ondervragingsrecht. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 27 juli 2015, nummer 23/004250-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. P.A. van der Waal, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
De verdachte is bij arrest van 27 juli 2015 door het hof Amsterdam wegens 1. en 2. “telkens mishandeling” en 3. “opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen” veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van ...