Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/508
Gebruik voor het bewijs van een schriftelijk bescheid houdende de verklaring van een persoon wiens identiteit niet blijkt, dient op straffe van nietigheid nader te worden gemotiveerd. Het Hof heeft dat miskend.
HR 11-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:658
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 april 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
15/05847
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:658, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:252, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑02‑2017
Essentie
Gebruik voor het bewijs van een schriftelijk bescheid houdende de verklaring van een persoon wiens identiteit niet blijkt, dient op straffe van nietigheid nader te worden gemotiveerd. Het Hof heeft dat miskend.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 10 november 2015, nummer 23/002323-15, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. C.M. Peeperkorn, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
De verdachte is bij arrest van 10 november 2015 door het hof Amsterdam wegens “overtreding van art. 2.7, tweede lid, van de APV Amsterdam”, veroordeeld tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.