Einde inhoudsopgave
Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen, 1961
Artikel 47 Wijzigingen
Geldend
Geldend vanaf 13-12-1964
- Bronpublicatie:
30-03-1961, Trb. 1963, 81 (uitgifte: 19-06-1963, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
13-12-1964
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-08-1965, Trb. 1965, 136 (uitgifte: 13-08-1965, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Elke Partij kan een voorstel doen tot wijziging van dit Verdrag. De tekst van een dergelijke wijziging, alsmede de redenen voor de wijziging, worden aan de Secretaris-Generaal medegedeeld, die deze aan Partijen en aan de Raad doet toekomen. De Raad kan besluiten:
- (a)
dat een conferentie wordt bijeengeroepen overeenkomstig artikel 62, lid 4, van het Handvest der Verenigde Naties om de voorgestelde wijziging te bestuderen; of
- (b)
dat Partijen wordt gevraagd of zij de voorgestelde wijziging aanvaarden, terwijl hun tevens wordt gevraagd aan de Raad hun opmerkingen over het voorstel over te leggen.
2.
Indien een voorgestelde wijziging die krachtens lid 1(b) van dit artikel is rondgestuurd door geen Partij binnen achttien maanden nadat zij is rondgestuurd, is verworpen, treedt zij onmiddellijk daarna in werking. Indien echter een voorgestelde wijziging door een Partij wordt verworpen, kan de Raad naar aanleiding van de van Partijen ontvangen opmerkingen besluiten of er een conferentie dient te worden bijeengeroepen om zulk een wijziging te bestuderen.