Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1001
Herstelbeschikking van HR 17 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1283. Kostenveroordeling, art. 22a Wet op de ondernemingsraden.
HR 18-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1444
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 september 2020
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
19/00150
- Conclusie
A-G mr. M.J. Kroeze
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1444, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑09‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1283, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑07‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:161, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑02‑2020
Essentie
Herstelbeschikking van HR 17 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1283. Kostenveroordeling, art. 22a Wet op de ondernemingsraden.
Partij(en)
GROEPSONDERNEMINGSRAAD RIJK,
gevestigd te Den Haag,
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: GOR Rijk,
advocaat: S.F. Sagel,
tegen
DE STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties),
zetelende te Den Haag
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de Staat,
advocaten: J.W.H. van Wijk en S.M. Kingma.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. De beschikking in dit geding
1.1
De Hoge Raad heeft in deze zaak op 17 juli 2020 een beschikking gegeven (ECLI:NL:HR:2020:1283) waarin het cassatieberoep van GOR Rijk is verworpen en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.