Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 605
Opzettelijk aanwezig hebben van hennep onvoldoende gemotiveerd, nu namens verdachte opzet is ontkend.
HR 21-04-2009, ECLI:NL:HR:2009:BH5221
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 2009
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, M.A. Loth
- Zaaknummer
07/12348
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BH5221
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BH5221, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BH5221, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑03‑2009
Essentie
Opzettelijk aanwezig hebben van hennep onvoldoende gemotiveerd, nu namens verdachte opzet is ontkend.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden van 1 december 2006, nummer 24/000255-06, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. A.B. Baumgarten, te 's‑Gravenhage.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. A.B. Baumgarten, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Jörg heeft geconcludeerd tot vernietiging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.