Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/265
Verwerping Meer & Vaart-verweer. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 02-02-2016, ECLI:NL:HR:2016:163
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 februari 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
14/02259
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:163, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑02‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2594, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2015
Essentie
Verwerping Meer & Vaart-verweer. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 6 maart 2014, nummer 20/001745-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. J.L.E. Marchal, te Maastricht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1.
Verzoeker is bij arrest van 6 maart 2014 door het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch wegens 1 primair “opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod” en 2 primair “diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.