Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/226
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Zorgplicht bank bij verstrekking hypothecaire lening met daaraan gekoppelde financieringsconstructie met belegging van eigen vermogen. Verjaring; onderzoeksplicht; overkreditering; condicio sine qua non-verband.
HR 07-02-2020, ECLI:NL:HR:2020:212
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 februari 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/04400
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Hypotheken (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:212, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1078, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑10‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Zorgplicht bank bij verstrekking hypothecaire lening met daaraan gekoppelde financieringsconstructie met belegging van eigen vermogen. Verjaring; onderzoeksplicht; overkreditering; condicio sine qua non-verband.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 18/04400
Datum 7 februari 2020
ARREST
In de zaak van
VAN LANSCHOT N.V., voorheen F. van Lanschot Bankiers N.V., gevestigd te 's-Hertogenbosch,
EISERES tot cassatie,
hierna: de Bank,
advocaat: J. de Bie Leuveling Tjeenk,
tegen
1. [verweerder 1], wonende te [woonplaats],
2. [verweerder 2], wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
hierna gezamenlijk: [verweerders],
advocaten: J.W. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.