Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/803
Familierecht. Echtscheiding. Partneralimentatie; slagende klacht dat hof bij vaststelling draagkracht een door de man opgevoerde schuld niet buiten beschouwing had mogen laten op de grond dat niet is gesteld dat daarop aflossingen zijn gedaan. Vgl. HR 7 juni 1985, LJN AB9855, NJ 1985/719 en HR 11 juli 2008, LJN BD1843, NJ 2008/402.
HR 24-06-2011, ECLI:NL:HR:2011:BP9872
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 juni 2011
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, W.D.H. Asser, C.E. Drion
- Zaaknummer
10/02635
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
BP9872
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BP9872, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑06‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BP9872, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑03‑2011
Essentie
Familierecht. Echtscheiding. Partneralimentatie; slagende klacht dat hof bij vaststelling draagkracht een door de man opgevoerde schuld niet buiten beschouwing had mogen laten op de grond dat niet is gesteld dat daarop aflossingen zijn gedaan. Vgl. HR 7 juni 1985, LJN AB9855, NJ 1985/719 en HR 11 juli 2008, LJN BD1843, NJ 2008/402.
Partij(en)
[De man], te [woonplaats], Curacao, eiser tot cassatie, adv.: mr. D. Rijpma en mr. T. Riyazi,
tegen
[De vrouw], te [woonplaats], verweerster in cassatie, adv.: mr. J.P. Heering en mr. E.J. Schiebroek.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Keus:
In deze alimentatiezaak is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.