Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 152
EHRM, 18-10-2006, nr. 18114/02
EHRM 18-10-2006, ECLI:NL:XX:2006:AZ6228
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
18 oktober 2006
- Magistraten
Wildhaber, Rozakis, Costa, Zupančič, Türmen, Bîrsan, Hedigan, Baka, Zagrebelsky, Borrego Borrego, Gyulumyan, Spielmann, Myjer, David Thór Björginvsson, Jočienė, Popović, Ziemele
- Zaaknummer
18114/02
- LJN
AZ6228
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2006:AZ6228, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 18‑10‑2006
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Hermi t. Italië.
Geen schending van art. 6. Aanwezigheidsrecht.
Zowel de Rome Court of Appeal als de Court of Cassation hadden geoordeeld dat klager afstand had gedaan van zijn recht om in zijn tegenwoordigheid te worden berecht, nu hij niet te kennen had gegeven op de zitting aanwezig te willen zijn. De Chamber van het EHRM concludeerde bij arrest van 28 juni 2005 dat klager geen afstand had gedaan van zijn aanwezigheidsrecht, zodat art. 6 lid 1 EVRM was geschonden. De Italiaanse oproeping — waarin staat dat klager de penitentiaire autoriteiten moet verzoeken om transport voor hem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.