Einde inhoudsopgave
Arbeidsomstandighedenregeling
Artikel 4.4 Schoonmaken
Geldend
Geldend vanaf 28-04-2006
- Bronpublicatie:
20-04-2006, Stcrt. 2006, 81 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: ARBO/M&A/2006/32470)
- Inwerkingtreding
28-04-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-2006, Stcrt. 2006, 81 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: ARBO/M&A/2006/32470)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Arbeidsrecht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Sociale zekerheid re-integratie (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
1.
Alvorens werknemers de schoon te maken ruimten betreden, is vastgesteld dat zulks zonder gevaar voor de veiligheid en gezondheid kan geschieden.
2.
Een schoon te maken ruimte wordt niet betreden zolang als gevolg van werkzaamheden in een aangrenzende ruimte de temperatuur van de schotten aanmerkelijk hoger kan worden dan de omgevingstemperatuur.
3.
Een schoon te maken ruimte wordt evenmin betreden zolang in een aangrenzende ruimte een explosief mengsel aanwezig is en deze ruimte niet is gesloten.
4.
Tijdens het schoonmaken worden aan dek en in de ladingzone geen andere werkzaamheden verricht dan die welke verband houden met het schoonmaken, tenzij deze werkzaamheden plaatsvinden tijdens een gesloten schoonmaakproces en uitsluitend betrekking hebben op laden en lossen. Het schoonmaken en de laad- en loswerkzaamheden:
- a.
vinden volledig gescheiden van elkaar plaats;
- b.
beïnvloeden elkaar niet en
- c.
staan onder voortdurend toezicht.