Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/297
Pensioenrecht. Is verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds bevoegd bindend te besluiten over verdeling van pensioenpremie tussen werkgevers en werknemers?; beperkte (cao-) onderhandelings- en contracteerruimte door deelneming in bedrijfstakpensioenfonds; stelsel Bpf 2000. Evenwichtige belangenbehartiging in zin art. 105 lid 2 PW.
HR 02-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:300 (Bovag/PMT)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 maart 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. de Groot, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
16/05243
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Roepnaam
Bovag/PMT
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Sociale zekerheid ouderen / Pensioen
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:300, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1221, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑08‑2016
- Wetingang
Essentie
Pensioenrecht. Is verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds bevoegd bindend te besluiten over verdeling van pensioenpremie tussen werkgevers en werknemers?; beperkte (cao-) onderhandelings- en contracteerruimte door deelneming in bedrijfstakpensioenfonds; stelsel Bpf 2000. Evenwichtige belangenbehartiging in zin art. 105 lid 2 PW.
Uit het stelsel van art. 2 en art. 4 Wet Bpf 2000 vloeit voort dat, na verplichtstelling van deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds op aanvraag van het georganiseerde bedrijfsleven, de onderhandelings- en contracteerruimte op het gebied van de arbeidsvoorwaarden betreffende het pensioen zowel tussen individuele werkgevers en werknemers als tussen afzonderlijke werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties aanzienlijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.