Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/296
Huwelijksgemeenschap. (Aanspraak op) ontslagvergoeding; verknocht goed?; maatstaf; aanspraak strekkend tot vervanging inkomen uit arbeid; aanspraak strekkend tot oudedagsvoorziening.
HR 23-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:270
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 februari 2018
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
16/06046
- Conclusie
A-G mr. W.L. Valk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:270, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1284, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑12‑2016
- Wetingang
Art. 1:94 BW
Essentie
Huwelijksgemeenschap. (Aanspraak op) ontslagvergoeding; verknocht goed?; maatstaf; aanspraak strekkend tot vervanging inkomen uit arbeid; aanspraak strekkend tot oudedagsvoorziening.
Een aan een van de echtgenoten verstrekte (aanspraak op een) ontslagvergoeding, dan wel een aanspraak die hiervoor in de plaats treedt, kan verknocht zijn ingeval deze strekt tot vervanging van inkomen uit arbeid dat de echtgenoot bij voortzetting van de dienstbetrekking zou hebben genoten. In zodanig geval moet bij de beantwoording van de vraag of deze aanspraak in de huwelijksgemeenschap valt, onderscheid worden gemaakt tussen de periode vóór en de periode na ontbinding van de huwelijksgemeenschap. Voor zover de aanspraak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.