Einde inhoudsopgave
RvdW 2024/50
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op auto van klaagster onder partner van klaagster t.z.v. verdenking van rijden zonder rijbewijs. 1. Kon Rb oordelen dat belang van strafvordering zich verzet tegen opheffing van beslag, omdat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat strafrechter inbeslaggenomen auto verbeurd zal verklaren? 2. Proportionaliteit en subsidiariteit van voortzetting beslag. Had Rb blijk moeten geven van onderzoek naar vraag of voortzetting van beslag in overeenstemming is met eisen van proportionaliteit en subsidiariteit? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 12-12-2023, ECLI:NL:HR:2023:1739
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 december 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Borgers, C. Caminada, C.N. Dalebout
- Zaaknummer
22/04307
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1739, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑12‑2023
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op auto van klaagster onder partner van klaagster t.z.v. verdenking van rijden zonder rijbewijs. 1. Kon Rb oordelen dat belang van strafvordering zich verzet tegen opheffing van beslag, omdat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat strafrechter inbeslaggenomen auto verbeurd zal verklaren? 2. Proportionaliteit en subsidiariteit van voortzetting beslag. Had Rb blijk moeten geven van onderzoek naar vraag of voortzetting van beslag in overeenstemming is met eisen van proportionaliteit en subsidiariteit? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 22/04307 B
Datum ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.