Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 226
HvJ EG, 06-12-2005, nr. C-66/04
HvJ EG 06-12-2005, ECLI:EU:C:2005:743
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
6 december 2005
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C.W.A. Timmermans, A. Rosas en K. Schiemann, S. von Bahr, J.N. Cunha Rodrigues, R. Silva de Lapuerta, K. Lenaerts, P. Kũris, E. Juhász, A. Borg Barthet en M. Ilešič
- Zaaknummer
C-66/04
- Conclusie
A-G J. Kokott
- LJN
AV0649
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2005:743, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 06‑12‑2005
- Wetingang
Levensmiddelen Verordening (EG) nr. 2065/2003
Essentie
Verenigd Koninkrijk tegen Europees Parlement en Raad
Beroep tot nietigverklaring, ingesteld op 11 februari 2004
Keuze van rechtsgrondslag — art. 95 EG (rookaroma's)
1. In casu bestonden er verschillen tussen nationale wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de beoordeling en toelating van rookaroma's, welke een belemmering konden vormen voor het vrije verkeer van deze aroma's en aldus de concurrentie vervalsen. In die omstandigheden was optreden van de gemeenschapswetgever op basis van artikel 95 EG gerechtvaardigd met betrekking tot de in of op levensmiddelen gebruikte of te gebruiken rookaroma's.
2. De auteurs van het Verdrag hebben met de uitdrukking ‘maatregelen inzake ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.