Een grensoverschrijdende fiscale eenheid met buitenlandse lichamen zonder vaste inrichting in Nederland is niet mogelijk. Wel kan er een zogenoemde Papillon fiscale eenheid worden gevormd. Toepassing van de per-element-benadering door Nederlandse vennootschappen met een buitenlandse dochter is gerepareerd door de Wet spoedreparatie fiscale eenheid.
Geen grensoverschrijdende fiscale eenheid (X Holding)
Buitenlandse lichamen (zonder vaste inrichting in Nederland) kunnen niet in het Nederlandse fiscale eenheidsregime worden opgenomen en dat zou mogelijk in strijd zijn met het EU-recht. De vraag naar de verenigbaarheid van het fiscale eenheidsregime met de vrijheid van vestiging is voorgelegd aan het Europese Hof van Justitie. Deze besliste eerder in de zogenoemde X Holding zaak, dat het weren van in het buitenland gevestigde dochtermaatschappijen uit een fiscale eenheid niet in strijd is met het EU-recht. Op dat punt lijkt de Nederlandse regeling dus EU-proof.
Wet aanpassing fiscale eenheid (Papillon)
De op 9 december 2016 in werking getreden Wet aanpassing fiscale eenheid brengt enkele belangrijke wijzigingen aan in het fiscale eenheidsregime. Aanleiding voor deze wet is een uitspraak van het Europese Hof van Justitie omtrent zogenoemde Papillon fiscale eenheden. Het Hof oordeelde dat het mogelijk zou moeten zijn een fiscale eenheid te vormen tussen Nederlandse zustermaatschappijen met een in de EU/EER gevestigde topmaatschappij en tussen Nederlandse moeder- en kleindochtermaatschappijen met een in de EU/EER gevestigde tussenmaatschappij.
Per-element-benadering
Op 22 februari 2018 besliste het Europese hof van Justitie dat Nederland de per-element-benadering moet toepassen in het fiscale eenheidsregime. Dit betekent dat Nederland specifieke, individuele voordelen van het fiscale eenheidsregime niet mag beperken tot Nederlandse concerns. Het voordeel van de ‘opgaan in'-gedachte moet in sommige gevallen ook worden toegepast op een Nederlandse vennootschap met een buitenlandse dochter. Specifiek was de weigering van renteaftrek op grond van art. 10a Wet VPB 1969 in strijd met EU-recht. De staatssecretaris heeft – om grondslaguitholling en budgettaire derving te voorkomen – bij de Wet spoedreparatie fiscale eenheid zogenoemde spoedmaatregelen ingevoerd.
De spoedreparatie houdt in dat voor de toepassing van bepaalde regelingen voortaan gedaan zal moeten worden alsof er geen fiscale eenheid bestaat. De spoedreparatie is bedoeld als tijdelijke maatregel. Binnen afzienbare termijn moet er een toekomstbestendige groepsregeling komen. De staatssecretaris heeft daarbij al laten weten niets te zien in een grensoverschrijdend fiscale eenheidsregime.
Op 15 september 2020 stelde de staatssecretaris een nieuwe groepsregeling in de vennootschapsbelasting voor, maar in juni 2022 werd aangegeven dat het kabinet dit plan niet zal uitvoeren. Het is onwaarschijnlijk dat de nieuwe regering dit als prioriteit zal beschouwen, waardoor de toekomst van het fiscale eenheidsregime onzeker blijft.
Ontwikkelingen inzake de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting, A.W. Hofman, WFR 2022/201
Spoedreparatie fiscale eenheid, art. 20a Wet VPB 1969 en onderlinge rechtsverhoudingen: een ‘15Ah-erlebnis’, G.C. van der Burgt en mr. M.H.C. Ruijschop, WFR 2022/12
Fiscale eenheid en de vrijheid van vestiging: nog niet uitgepraat?, J. van Poppel en K. Schriek, MBB 2020/45
Enkele aandachtspunten bij het ontwerpen van een verliesoverdrachtsregeling in de vennootschapsbelasting?, Q.W.J.C.H. Kok, WFR 2020/158
Recente ontwikkelingen ten aanzien van de fiscale eenheid vennootschapsbelasting, A.C.P. Bobeldijk, NTFRB 2020/9
Spoedreparatie en fiscale eenheid: van wegdenken tot spoorzoeken, G.C. van der Burgt, L.S. Rijff & M.H.C. Ruijschop, MBB 2018/07/08, p. 272-302
Blauwdruk voor een grensoverschrijdende fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting, Q.W.J.C.H. Kok en R.J. de Vries, WFR 2018/37
Wijzigingen in het regime van de fiscale eenheid (FA nr. 25) 2017/1, M.J.A. Boer & J.N. Bouwman, Deventer: Wolters Kluwer 2017
Wet aanpassing fiscale eenheid, M.H.J. Buur en G.I. van Eijk, NTFRA 2017/6
De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting in EU-rechtelijk perspectief, Q.W.J.C.H. Kok, TFO 2016/146.1
Een vergelijking van de fiscale eenheidsregimes binnen Europa en hun verenigbaarheid met het EU-recht, R. Offermans, TFO 2016/146.2
Naslag
De Vakstudie Vennootschapsbelasting, commentaar op art. 15 Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Frank Elsweier
Tilburg University – Universitair docent en onderzoeker
EY Belastingadviseurs – Belastingadviseur, Kennisbeheer en Bureau Vaktechniek
Meer over Frank Elsweier
Een grensoverschrijdende fiscale eenheid met buitenlandse lichamen zonder vaste inrichting in Nederland is niet mogelijk. Wel kan er een zogenoemde Papillon fiscale eenheid worden gevormd. Toepassing van de per-element-benadering door Nederlandse vennootschappen met een buitenlandse dochter is gerepareerd door de Wet spoedreparatie fiscale eenheid.
Geen grensoverschrijdende fiscale eenheid (X Holding)
Buitenlandse lichamen (zonder vaste inrichting in Nederland) kunnen niet in het Nederlandse fiscale eenheidsregime worden opgenomen en dat zou mogelijk in strijd zijn met het EU-recht. De vraag naar de verenigbaarheid van het fiscale eenheidsregime met de vrijheid van vestiging is voorgelegd aan het Europese Hof van Justitie. Deze besliste eerder in de zogenoemde X Holding zaak, dat het weren van in het buitenland gevestigde dochtermaatschappijen uit een fiscale eenheid niet in strijd is met het EU-recht. Op dat punt lijkt de Nederlandse regeling dus EU-proof.
Wet aanpassing fiscale eenheid (Papillon)
De op 9 december 2016 in werking getreden Wet aanpassing fiscale eenheid brengt enkele belangrijke wijzigingen aan in het fiscale eenheidsregime. Aanleiding voor deze wet is een uitspraak van het Europese Hof van Justitie omtrent zogenoemde Papillon fiscale eenheden. Het Hof oordeelde dat het mogelijk zou moeten zijn een fiscale eenheid te vormen tussen Nederlandse zustermaatschappijen met een in de EU/EER gevestigde topmaatschappij en tussen Nederlandse moeder- en kleindochtermaatschappijen met een in de EU/EER gevestigde tussenmaatschappij.
Per-element-benadering
Op 22 februari 2018 besliste het Europese hof van Justitie dat Nederland de per-element-benadering moet toepassen in het fiscale eenheidsregime. Dit betekent dat Nederland specifieke, individuele voordelen van het fiscale eenheidsregime niet mag beperken tot Nederlandse concerns. Het voordeel van de ‘opgaan in'-gedachte moet in sommige gevallen ook worden toegepast op een Nederlandse vennootschap met een buitenlandse dochter. Specifiek was de weigering van renteaftrek op grond van art. 10a Wet VPB 1969 in strijd met EU-recht. De staatssecretaris heeft – om grondslaguitholling en budgettaire derving te voorkomen – bij de Wet spoedreparatie fiscale eenheid zogenoemde spoedmaatregelen ingevoerd.
De spoedreparatie houdt in dat voor de toepassing van bepaalde regelingen voortaan gedaan zal moeten worden alsof er geen fiscale eenheid bestaat. De spoedreparatie is bedoeld als tijdelijke maatregel. Binnen afzienbare termijn moet er een toekomstbestendige groepsregeling komen. De staatssecretaris heeft daarbij al laten weten niets te zien in een grensoverschrijdend fiscale eenheidsregime.
Op 15 september 2020 stelde de staatssecretaris een nieuwe groepsregeling in de vennootschapsbelasting voor, maar in juni 2022 werd aangegeven dat het kabinet dit plan niet zal uitvoeren. Het is onwaarschijnlijk dat de nieuwe regering dit als prioriteit zal beschouwen, waardoor de toekomst van het fiscale eenheidsregime onzeker blijft.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Artikel 15 Wet VPB 1969
Artikel 15 tot en met artikel 15al en artikel 15a Wet VPB 1969
Besluit fiscale eenheid 2003, Stb. 2002, 646
Verzamelbesluit fiscale eenheid, 2 april 2024, 2024-186206, Stcrt. 2024, 11814, V-N 2024/26.10
Ministerie van Financiën, 17 juni 2019, start internetconsultatie nieuwe groepsregeling in VPB, V-N 2019/35.12
Brief Staatssecretaris van Financiën van 15 september 2020, nr. 2020-0000168588, stand van zaken nieuwe groepsregeling, V-N 2020/51.6
Brief Staatssecretaris van Financiën van 3 juni 2022, nr. 2022-0000132565, bijlage 1, V-N 2022/30.3
Wet aanpassing fiscale eenheid (34323), V-N 2015/58.2, V-N 2015/58.1 tot en met V-N 2015/58.4, V-N 2016/20.2, V-N 2016/20.3, V-N 2016/20.4, V-N 2016/33.2, V-N 2016/33.3, V-N 2016/47.11, V-N 2016/47.12, V-N 2016/50.10, V-N 2016/66.13 en V-N 2016/66.14, TaxVisions editie 16 december 2016
Wet spoedreparatie fiscale eenheid (34959), V-N 2018/36.1-36.4
Brief Staatssecretaris van Financiën 20 maart 2018, nr. 2018-000 0038989, V-N 2018/16.13, TaxVisions editie 30 maart 2018
Kennisgroepstandpunt van 17 juni 2022, KG:040:2022:5 Toepassing Interest- en royaltyrichtlijn, fiscale eenheid en de vestigingsplaatsfictie
Standaardarrest
HR 19 oktober 2018, nr. 15/00194, ECLI:NL:HR:2018:1968, BNB 2019/17, V-N 2018/56.8 (zie ook: V-N 2018/56.9), FED 2018/173, TaxVisions, editie 26 oktober 2018
Conclusie A-G 8 juni 2018, nr. 15/00194, ECLI:NL:PHR:2018:624, V-N 2018/41.10, TaxVisions, editie 17 augustus 2018
HvJ EU, Eerste kamer, 22 februari 2018, zaaknrs. C-398/16 en C-399/16, ECLI:EU:C:2018:110, BNB 2018/92, V-N 2018/11.14, TaxVisions, editie 2 maart 2018
HvJ EU 12 juni 2014, zaaknr. C 39/13, C 40/13 en C 41/13 ECLI:EU:C:2014:1528 (SCA Group Holding BV1 and others), BNB 2014/216, V-N 2014/30.9
HR 7 januari 2011, nr. 43484bis, ECLI:NL:PHR:2011:BN0900, BNB 2011/96, V-N 2011/3.18, FED 2010/95, Belastingadvies 2011/4.9
Belangrijkste uitspraken
HR 15 december 2017, nr. 16/02919, ECLI:NL:HR:2017:3128, BNB 2018/57, V-N 2017/62.15, FED 2018/43, H&I 2018/354, Belastingadvies 2018/5.4, TaxVisions, editie 22 december 2017
HvJ EU 2 september 2015, zaaknr. C-386/14, ECLI:EU:C:2015:524 (Groupe Steria), BNB 2015/223, V-N 2015/44.11, TaxVisions editie 18 september 2015
Hof Amsterdam 11 december 2014, nr. 11/00180bis, ECLI:NL:GHAMS:2014:5186, V-N 2015/7.11
HR 24 juni 2011, nr. 09/05115, ECLI:NL:HR:2011:BN3537, BNB 2011/244, V-N 2011/32.11, Belastingadvies 2011/16.8, NJB 2011/1432
HvJ EU 25 februari 2010, zaaknr. C-337/08, ECLI:EU:C:2010:89 (X Holding), BNB 2010/166, V-N 2010/12.19, FED 2010/51, NJB 2010, 553
HvJ EU 27 november 2008, zaaknr. C-418/07, ECLI:EU:C:2008:659 (Société Papillon), V-N 2008/59.20, FED 2009/6, NJ 2009, 135
Literatuur
VPB Gids 2024, Fiscale eenheid, VPBG 2024/10.1
Hoofdzaken Vennootschapsbelasting, F.J. Elsweier & S.A. Stevens, Deventer: 19e druk, Kluwer 2024, hoofdstuk 9
Ontwikkelingen inzake de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting, A.W. Hofman, WFR 2022/201
Spoedreparatie fiscale eenheid, art. 20a Wet VPB 1969 en onderlinge rechtsverhoudingen: een ‘15Ah-erlebnis’, G.C. van der Burgt en mr. M.H.C. Ruijschop, WFR 2022/12
Fiscale eenheid en de vrijheid van vestiging: nog niet uitgepraat?, J. van Poppel en K. Schriek, MBB 2020/45
Enkele aandachtspunten bij het ontwerpen van een verliesoverdrachtsregeling in de vennootschapsbelasting?, Q.W.J.C.H. Kok, WFR 2020/158
Recente ontwikkelingen ten aanzien van de fiscale eenheid vennootschapsbelasting, A.C.P. Bobeldijk, NTFRB 2020/9
Spoedreparatie en fiscale eenheid: van wegdenken tot spoorzoeken, G.C. van der Burgt, L.S. Rijff & M.H.C. Ruijschop, MBB 2018/07/08, p. 272-302
Blauwdruk voor een grensoverschrijdende fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting, Q.W.J.C.H. Kok en R.J. de Vries, WFR 2018/37
Wijzigingen in het regime van de fiscale eenheid (FA nr. 25) 2017/1, M.J.A. Boer & J.N. Bouwman, Deventer: Wolters Kluwer 2017
Wet aanpassing fiscale eenheid, M.H.J. Buur en G.I. van Eijk, NTFRA 2017/6
De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting in EU-rechtelijk perspectief, Q.W.J.C.H. Kok, TFO 2016/146.1
Een vergelijking van de fiscale eenheidsregimes binnen Europa en hun verenigbaarheid met het EU-recht, R. Offermans, TFO 2016/146.2
Naslag
De Vakstudie Vennootschapsbelasting, commentaar op art. 15 Wet op de vennootschapsbelasting 1969
De Vakstudie Vennootschapsbelasting, De fiscale eenheid in de Vpb
Verwante onderwerpen
Thema: Fiscale eenheid in de Vpb