Einde inhoudsopgave
Aanpassing van bijzondere wetten aan de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Aanpassingswet vierde tranche Awb)
Artikel 19
Geldend
Geldend vanaf 05-03-2009
- Bronpublicatie:
05-03-2009, Kamerstukken 2009, 31124 (uitgifte: 05-03-2009, kamerstukken: A)
- Inwerkingtreding
05-03-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-03-2009, Kamerstukken 2009, 31124 (uitgifte: 05-03-2009, kamerstukken: A)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
De Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt als volgt gewijzigd:
- A.
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
Het derde lid komt te luiden:
3
Een herziening van de uitkering als gevolg van een herziening van het dagloon vindt plaats zonder dat dit bij beschikking is vastgesteld.
- 2.
Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen betaalt de herziene uitkering, bedoeld in het derde lid, bij de eerstvolgende uitkeringsbetaling nadat de herziening, bedoeld in het eerste lid, heeft plaatsgevonden.
- B.
Artikel 25, eerste lid, komt te luiden:
1
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen weigert de uitkering tijdelijk of blijvend, geheel of gedeeltelijk indien een persoon als bedoeld in artikel 23, eerste lid, na tijdig opgeroepen te zijn, niet verscheen of weigerde:
- a.
vragen te beantwoorden die zijn gesteld door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen of de door hem daartoe aangewezen deskundige;
- b.
zich te laten onderzoeken door de door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen daartoe aangewezen deskundige; of
- c.
te voldoen aan het voorschrift, gegeven door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen of de daartoe aangewezen deskundige, om zich ter observatie te doen opnemen of te verblijven in een aangewezen inrichting.
- C.
Artikel 29, tweede tot en met vierde lid, komen te luiden:
2
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan afzien van het opleggen van een maatregel als bedoeld in artikel 28 en volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing ter zake van het niet tijdig nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 80, indien het niet tijdig nakomen van de verplichting niet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van uitkering, of ter zake van het zich niet houden aan de voorschriften, bedoeld in artikel 34, derde lid, of in artikel 34a, eerste lid, tenzij het niet tijdig nakomen van de verplichting of het zich niet houden aan de voorschriften plaatsvindt binnen een periode van twee jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een zodanige waarschuwing is gegeven.
3
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan afzien van het opleggen van een maatregel indien daarvoor dringende redenen aanwezig zijn.
4
Het opleggen van een maatregel blijft achterwege indien voor dezelfde gedraging een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 29a wordt opgelegd.
- D.
Artikel 29a komt te luiden:
Artikel 29a
1
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen legt een bestuurlijke boete op van ten hoogste € 2 269 ter zake van het niet of niet behoorlijk nakomen door de belanghebbende of zijn wettelijke vertegenwoordiger van de verplichting, bedoeld in artikel 80.
2
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan afzien van het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in het eerste lid en volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing ter zake van het niet of niet behoorlijk nakomen door de belanghebbende of zijn wettelijke vertegenwoordiger van de verplichting, bedoeld in artikel 80, indien dit niet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van uitkering, tenzij het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van twee jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende of zijn wettelijke vertegenwoordiger een zodanige waarschuwing is gegeven.
3
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan afzien van het opleggen van een bestuurlijke boete indien daarvoor dringende redenen aanwezig zijn.
4
Degene aan wie een bestuurlijke boete is opgelegd is verplicht desgevraagd aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen de inlichtingen te verstrekken die voor de tenuitvoerlegging van de boete van belang zijn.
5
Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de hoogte van de bestuurlijke boete.
- E.
Artikel 29b vervalt.
- F.
Artikel 29c komt te luiden:
Artikel 29c
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van tenuitvoerlegging van de beschikking waarbij de bestuurlijke boete is opgelegd.
- G.
De artikelen 29d en 29e vervallen.
- H.
In artikel 29f wordt ‘boete’ vervangen door: bestuurlijke boete.
- I.
Artikel 29g komt te luiden:
Artikel 29g
1
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen verrekent de bestuurlijke boete met een uitkering op grond van deze wet, de Werkloosheidswet, de Ziektewet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen, de Wet arbeid en zorg of een toeslag op grond van de Toeslagenwet, die de degene aan wie een bestuurlijke boete is opgelegd ontvangt.
2
De Sociale verzekeringsbank onderscheidenlijk de gemeente betaalt het bedrag van de bestuurlijke boete, zonder dat daarvoor een machtiging nodig is, op zijn verzoek aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen indien degene aan wie een bestuurlijke boete is opgelegd een uitkering ontvangt op grond van de Algemene Ouderdomswet, de Algemene nabestaanden wet, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen of de Wet werk en inkomen kunstenaars.
3
De in artikel 479g van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering aan de raad voor de kinderbescherming toegekende bevoegdheid komt gelijkelijk toe aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Indien het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen gebruik maakt van deze bevoegdheid, geschiedt de bekendmaking van het dwangbevel, in afwijking van artikel 4.4.4.2.10, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, door middel van toezending per post aan degene aan wie de boete is opgelegd.
4
Zolang de belanghebbende of zijn wettelijke vertegenwoordiger zijn verplichting, bedoeld in artikel 29a, vierde lid, niet of niet behoorlijk nakomt:
- a.
is het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen in afwijking van artikel 4.4.1.9, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht bevoegd tot verrekening van de bestuurlijke boete voor zover beslag op de vordering van de schuldeiser nietig zou zijn;
- b.
geldt de beslagvrije voet, bedoeld in de artikelen 475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in afwijking van artikel 4.4.4.2.3 van de Algemene wet bestuursrecht, niet bij de invordering van een bestuurlijke boete bij dwangbevel.
- J.
In artikel 29h wordt ‘boete’ vervangen door: bestuurlijke boete.
- K.
Artikel 50 wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
Onder vernummering van het derde tot en met tiende lid tot tweede tot en met negende lid vervalt het tweede lid.
- 2.
In het tweede lid (nieuw) wordt ‘Onverminderd het tweede lid, schort het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen’ vervangen door: Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen schort.
- 3.
Het derde (nieuw) lid komt te luiden:
3
Indien de arbeidsongeschiktheidsuitkering in het buitenland wordt uitbetaald:
- a.
worden de daaraan verbonden kosten van overmaking op de uitkering in mindering gebracht; en
- b.
geschiedt de betaling in afwijking van artikel 4.4.1.5, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het tijdstip waarop de rekening van de daartoe door de schuldeiser aangewezen bank wordt gecrediteerd.
- 4.
In het negende lid (nieuw) wordt ‘in het negende lid’ vervangen door: in het achtste lid.
- L.
Artikel 54, vierde lid, komt te luiden:
4
Een herziening van de uitkering op grond van het eerste lid als gevolg van een wijziging van de verschuldigde bijdrage vindt plaats zonder dat dit bij beschikking is vastgesteld.
- M.
In artikel 57 vervalt, onder vernummering van het zesde en zevende lid tot vijfde en zesde lid, het vijfde lid.
- N.
Artikel 57a, eerste lid, komt te luiden:
1
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan de onverschuldigd betaalde uitkering, bedoeld in artikel 57, eerste lid, invorderen bij dwangbevel.
- O.
Artikel 57b komt te luiden:
Artikel 57b
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van tenuitvoerlegging van de beschikking waarbij is vastgesteld dat onverschuldigd is betaald.
- P.
Artikel 59b, vijfde lid, komt te luiden:
5
De vakantie-uitkering wordt betaald zonder dat dit bij beschikking is vastgesteld.
- Q.
In artikel 96 wordt ‘Overtreding van bepalingen van’ vervangen door: Een gedraging die in strijd is met.
- R.
Artikel 97 vervalt.