Einde inhoudsopgave
Internationaal verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973
Artikel 14 Facultatieve Bijlagen
Geldend
Geldend vanaf 02-10-1983
- Bronpublicatie:
02-11-1973, Trb. 1978, 187 (uitgifte: 29-12-1978, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
02-10-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-08-1983, Trb. 1983, 126 (uitgifte: 10-08-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Waterrecht (V)
Vervoersrecht / Zeevervoer
(1)
Op het tijdstip van ondertekening, bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring van of toetreding tot dit Verdrag kan een Staat verklaren dat hij een of meer van de Bijlagen III, IV en V (hierna te noemen ‘Facultatieve Bijlagen’) dan wel al deze Bijlagen van dit Verdrag niet aanvaardt. Behoudens het bovenstaande zijn de Partijen bij het Verdrag gebonden door elke bijlage in zijn geheel.
(2)
Een Staat die heeft verklaard zich niet gebonden te achten door een Facultatieve Bijlage kan te allen tijde een dergelijke Bijlage aanvaarden door nederlegging van een akte bij de Organisatie zoals bedoeld in artikel 13, tweede lid.
(3)
Een Staat die een verklaring krachtens het eerste lid van dit artikel aflegt met betrekking tot een Facultatieve Bijlage en deze Bijlage niet naderhand heeft aanvaard overeenkomstig het tweede lid van dit artikel, zal aan geen enkele verplichting onderworpen zijn noch gerechtigd zijn aanspraak te maken op voorrechten voortvloeiend uit dit Verdrag ten aanzien van aangelegenheden waarop een zodanige Bijlage betrekking heeft; ook zullen alle verwijzingen naar Partijen bij dit Verdrag niet op die Staat van toepassing zijn voor zover daarbij sprake is van aangelegenheden deze Bijlagen betreffende.
(4)
De Organisatie geeft de Staten die dit Verdrag hebben ondertekend of daartoe zijn toegetreden kennis van elke verklaring krachtens dit artikel, alsmede van de ontvangst van elke akte nedergelegd overeenkomstig het tweede lid van dit artikel.