Stelplicht & Bewijslast (Archief)
Einde inhoudsopgave
Stelplicht & Bewijslast 4.3.3:4.3.3 Overige
Archief
Stelplicht & Bewijslast 4.3.3
4.3.3 Overige
Documentgegevens:
mr. R.J.B. Boonekamp, actueel t/m 02-10-2017
- Actueel t/m
02-10-2017
- Auteur
mr. R.J.B. Boonekamp
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
HR 12 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3593, NJ 2017/163, m.nt. W.H.D. Asser (FAR/Edco).
Zie: Lock, Stelplicht & Bewijslast, commentaar op art. 6:89en 7:23 BW.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Ook andere vormen van een andere bewijslastverdeling zijn denkbaar. Onder bepaalde omstandigheden zou de billijkheid met zich kunnen brengen dat niet de bewijslast en het bewijsrisico van het gehele voor het ingeroepen rechtsgevolg relevante feitencomplex bij de wederpartij van degene die de bewijslast heeft wordt gelegd, maar slechts ten aanzien van bepaalde feiten. Indien die wederpartij in die bewijslast slaagt, is het dan verder aan degene op wie de bewijslast rust bewijs te leveren, met het risico dat hij daarin niet slaagt. Een goed voorbeeld van een dergelijke beperkte andere bewijslastverdeling biedt de bewijslastverdeling ten aanzien van de klachtplicht van art. 7:23 of 6:89 BW. De stelplicht en bewijslast met betrekking tot feiten die een beroep op art. 6:89 of 7:23 BW kunnen dragen, rusten in beginsel op de schuldenaar/verkoper, omdat het door hem gevoerde verweer dat niet tijdig is geklaagd een bevrijdend verweer is. In afwijking daarvan wordt echter op de voet van de uitzonderingsbepaling van art. 150 Rv een bijzondere regel van bewijslastverdeling aangenomen op grond waarvan op de schuldeiser/koper de stelplicht en bewijslast ervan rusten dat en op welk tijdstip hij heeft geklaagd.1 Dit stukje stelplicht en bewijslast wordt dus uit de stelplicht en bewijslast van de schuldenaar/verkoper gehaald en bij de schuldeiser/koper gelegd. De reden daarvoor is dat anders te zeer afbreuk zou worden gedaan aan de strekking van art. 6:89 en 7:23 BW om de schuldenaar/verkoper te beschermen, terwijl het feit dat en wanneer is geklaagd vooral in het domein van de schuldeiser/koper zijn gelegen.2