Einde inhoudsopgave
Privaatrechtelijke gevolgen van een schending van het mededingingsrecht (O&R nr. 96) 2016/6.4.3.3.3
6.4.3.3.3 Uitgelicht: § 812 BGB – condictio indebiti
I.P.M. Ligteringen, datum 01-01-2016
- Datum
01-01-2016
- Auteur
I.P.M. Ligteringen
- JCDI
JCDI:ADS574003:1
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Voetnoten
Voetnoten
BeckOK BGB/Wendehorst 2013, § 812 RdNr. 36.
BeckOK BGB/Wendehorst 2013, § 812 RdNrs. 37-66. Hier vindt men uitgebreide informatie over de uitleg van de genoemde begrippen en de discussies hierover in de literatuur.
§ 814 BGB: “Das zum Zwecke der Erfüllung einer Verbindlichkeit Geleistete kann nicht zurückgefordert werden, wenn der Leistende gewusst hat, dass er zur Leistung nicht verpflichtet war, oder wenn die Leistung einer sittlichen Pflicht oder einer auf den Anstand zu nehmenden Rücksicht entsprach.” BeckOK BGB/ Wendehorst 2013, § 812 RdNr. 67.
BeckOK BGB/Wendehorst 2013 § 814 RdNrs. 6-12.
Zie de laatste alinea van de volgende subparagraaf.
333. De condictio indebiti is een Leistungskondiktion en kan worden ingesteld als een prestatie is geleverd die niet verschuldigd was, maar de schuldenaar ten onrechte in de veronderstelling verkeerde dat hij wel moest presteren.1
“Wer durch die Leistung eines anderen (…) auf dessen Kosten etwas ohne rechtlichen Grund erlangt, ist ihm zur Herausgabe verpflichtet.”
Als een overeenkomst in strijd is met de wet of de goede zeden, is deze overeenkomst in de meeste gevallen nietig op grond van 134 of 138 BGB. In die gevallen is zonder rechtsgrond betaald. Daarom kan de condictio indebiti worden toegepast. Samengevat zijn de vereisten: het ontvangen van iets (etwas erlangt) door een prestatie van een ander (durch Leistung) zonder rechtsgrond (ohne rechtlichen Grund).2
De mogelijkheid tot het instellen van de condictio indebiti kan worden verhinderd door het bestaan van Kondiktionssperren. Dat zijn normen die een beroep op de verrijkingsrechtelijke vordering uitsluiten. Speciaal voor de condictio indebiti geldt § 814 BGB.3 Hieruit blijkt dat terugvordering niet mogelijk is als de presterende partij wist dat hij niet verplicht was tot de prestatie, als de prestatie ziet op een morele plicht of als de prestatie beantwoordt aan het fatsoen.4 Bovendien vormt lid 2 van § 817 BGB een algemene uitsluitingsgrond voor alle Leistungskondiktionen.5 Daarnaast kan het instellen van een condictio indebiti in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid.6