Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/1178
Verdenking. HR: art. 81 RO.
HR 01-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:820
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 oktober 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu
- Zaaknummer
11/04479
- Conclusie
wnd. A-G mr. N. Jörg
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:820, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑10‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:843, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑08‑2013
Essentie
Verdenking. HR: art. 81 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 23 september 2011, nummer 21/002929-10, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. G.A. Jansen en mr. Th.O.M. Dieben, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie wnd. A-G mr. N. Jörg:
1.
Bij arrest van 23 september 20011 heeft het Gerechtshof Arnhem – na terugwijzing door de Hoge Raad - de verdachte ter zake van feit 1. “medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod” ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.