RvdW 2022/1179:Rijden terwijl verdachte ‘redelijkerwijs moest weten’ dat rijbewijs ongeldig was verklaard, art. 9 lid 2 WVW 1994. Verdachte heeft twee keer een rijvaardigheidsonderzoek gedaan, maar deze onderzoeken niet gehaald. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 9 juli 2019, NJ 2019/454, m.nt. W.H. Vellinga m.b.t. vereisten om tot bewezenverklaring van een op art. 9 lid 2 WVW 1994 toegesneden tll. te kunnen komen. Uit enkele omstandigheid dat besluit tot ongeldigverklaring van zijn rijbewijs per aangetekende brief aan verdachte is verzonden, kan niet worden afgeleid dat verdachte redelijkerwijs moest weten dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. Die gevolgtrekking kan daaraan ook niet worden verbonden in samenhang met wat hof in bewijsvoering voor het overige in aanmerking heeft genomen. De bewezenverklaring is daarom ontoereikend gemotiveerd.

RvdW 2022/1179

Rijden terwijl verdachte ‘redelijkerwijs moest weten’ dat rijbewijs ongeldig was verklaard, art. 9 lid 2 WVW 1994. Verdachte heeft twee keer een rijvaardigheidsonderzoek gedaan, maar deze onderzoeken niet gehaald. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 9 juli 2019, NJ 2019/454, m.nt. W.H. Vellinga m.b.t. vereisten om tot bewezenverklaring van een op art. 9 lid 2 WVW 1994 toegesneden tll. te kunnen komen. Uit enkele omstandigheid dat besluit tot ongeldigverklaring van zijn rijbewijs per aangetekende brief aan verdachte is verzonden, kan niet worden afgeleid dat verdachte redelijkerwijs moest weten dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. Die gevolgtrekking kan daaraan ook niet worden verbonden in samenhang met wat hof in bewijsvoering voor het overige in aanmerking heeft genomen. De bewezenverklaring is daarom ontoereikend gemotiveerd.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

Essentie

Rijden terwijl verdachte ‘redelijkerwijs moest weten’ dat rijbewijs ongeldig was verklaard, art. 9 lid 2 WVW 1994. Verdachte heeft twee keer een rijvaardigheidsonderzoek gedaan, maar deze onderzoeken niet gehaald. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 9 juli 2019, NJ 2019/454, m.nt. W.H. Vellinga m.b.t. vereisten om tot bewezenverklaring van een op art. 9 lid 2 WVW 1994 toegesneden tll. te kunnen komen. Uit enkele omstandigheid dat besluit tot ongeldigverklaring van zijn rijbewijs per aangetekende brief aan verdachte is verzonden, kan niet worden afgeleid dat verdachte redelijkerwijs moest weten dat zijn rijbewijs ongeldig ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.