RvdW 2020/458
Beledigen agent door achter elkaar zingen ‘ACAB’ voor ingang voetbalstadion.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 maart 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M. Kuijer
- Zaaknummer
18/05471
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS196826:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:501, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:81, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑02‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑05‑2019
- Wetingang
Art. 267 Sr
Essentie
Beledigen agent door achter elkaar zingen van leus ‘ACAB’ voor ingang voetbalstadion op korte afstand en in richting van agent(en).
Samenvatting
Het hof kon oordelen dat de verdachte opzettelijk een politieambtenaar heeft beledigd door op korte afstand de leus ‘ACAB’ (All Cops Are Bastards) te zingen en daarbij naar hem te (blijven) kijken, op de grond dat onaannemelijk is dat de verdachte een leus richting de politie zingt waarvan hij de betekenis of strekking niet kent.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 11 december 2018, nummer 23/001970-17, in ...