Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/1542
Cassatie in het belang der wet. Internationale kinderontvoering. Vordering in kort geding tot teruggeleiding kind; rechtsmacht o.g.v. art. 10 Verordening Brussel IIbis?; rechtsmacht o.g.v. Haags Kinderontvoeringsverdrag (HKOV); rechter verdragsluitende staat waar kind zich bevindt.
HR 09-12-2011, ECLI:NL:HR:2011:BU2834
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 december 2011
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
11/04386 (CW 2613)
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
BU2834
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BU2834, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑12‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BU2834, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑10‑2011
- Wetingang
Essentie
Cassatie in het belang der wet. Internationale kinderontvoering. Vordering in kort geding tot teruggeleiding kind; rechtsmacht o.g.v. art. 10 Verordening Brussel IIbis?; rechtsmacht o.g.v. Haags Kinderontvoeringsverdrag (HKOV); rechter verdragsluitende staat waar kind zich bevindt.
Ingeval het gaat om een vordering in kort geding tot teruggeleiding van een kind dat beweerdelijk ongeoorloofd is overgebracht vanuit de verdragsluitende staat waar het zijn gewone verblijfplaats heeft naar een andere verdragsluitende staat, of in die andere staat wordt vastgehouden, kan de bevoegdheid van de rechter om van de vordering kennis te nemen niet worden gebaseerd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.