Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/1152
Onrechtmatige daad. Aansprakelijkheid voor gebrekkige opstal (art. 6:174 BW); val over biggenrug op parkeerterrein; parkeerterrein gebrekkig? Begrip ‘openbare weg’ in zin art. 6:174 lid 2 BW.
HR 01-12-2023, ECLI:NL:HR:2023:1674
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 december 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
22/03127
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Inrichting wegverkeer
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1674, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑12‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:670, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑07‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑08‑2022
- Wetingang
Art. 6:174 BW
Essentie
Onrechtmatige daad. Aansprakelijkheid voor gebrekkige opstal (art. 6:174 BW); val over biggenrug op parkeerterrein; parkeerterrein gebrekkig? Begrip ‘openbare weg’ in zin art. 6:174 lid 2 BW.
Samenvatting
Bij het antwoord op de vraag of een opstal voldoet aan de eisen die men daaraan uit het oogpunt van veiligheid in de gegeven omstandigheden mag stellen, komt het aan op de — naar objectieve maatstaven te beantwoorden — vraag of de opstal, gelet op het te verwachten gebruik of de bestemming daarvan, met het oog op voorkoming van gevaar voor personen en zaken deugdelijk is, waarbij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.