Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1013
Verstekverlening in hoger beroep. De oproeping voor de (nadere) terechtzitting is per gewone post verzonden naar het adres van de verdachte in Polen. Richtlijn 2012/13/EU over het recht op informatie in strafprocedures en Richtlijn (EU) 2016/343 over het recht om in strafprocedures bij de terechtzitting aanwezig te zijn.
HR 18-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1469
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, M. Kuijer, C. Caminada
- Zaaknummer
21/04839
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1469, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:659, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑07‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑05‑2022
- Wetingang
Essentie
Verstekverlening in hoger beroep. Betekening heeft — in overeenstemming met artikel 36e lid 3 Sv en artikel 5 EU-Rechtshulpovereenkomst — plaatsgevonden door middel van het versturen per gewone post van (een vertaling van) die oproeping naar het adres van de verdachte in Polen. Cassatiemiddel berust op de onjuiste opvatting dat Richtlijn 2012/13/EU en Richtlijn (EU) 2016/343 specifieke — van artikel 36e lid 3 Sv en artikel 5 EU-Rechtshulpovereenkomst afwijkende — eisen stellen aan de betekening van de dagvaarding of oproeping in hoger beroep.
Samenvatting
Het in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.